First page    Previous page    Page 2 of 26 Next page    Last page

VIIk
Maria Teunissen KAMPHORST, landbouwster, born on 20‑03‑1778 in Apeldoorn, christened (NDG) on 22‑03‑1778 in Apeldoorn (witness(es): Zwaantje Kamphorst), died on 06‑02‑1826 in Apeldoorn at the age of 47, daughter of Theunis Gerrits KAMPHORST (see also VIk) and Aartje Gerrits HOFMEIJER.
Publication of the banns on 13‑03‑1803 in Apeldoorn, married at the age of 25 on 17‑04‑1803 in Apeldoorn to Egbert Gerrit AALBERTS (Egbert Aalbers Kamphorst, Egbert Aalberts van Weenum), 1814 dagloner, 1835 arbeider, 1839 landbouwer, born ±1773 in Arnhem, christened (NH) on 19‑03‑1780 in Arnhem, died on 12‑09‑1843 in Apeldoorn, volgens Open Archieven overleden 10-09-1843, bij zijn huwelijk met Maria Kamphorst stond Egbert als Aalbers omschreven, later ook bekend als Egbert Aalbers Kamphorst. De toevoeging van Weenum verscheen voor het eerst ruim na 1802, nadat hij een half huis in de buurtschap Wenum, bij Apeldoorn kocht.
Bij zijn overlijden werden zijn ouders vermeld als Aalbert Kamphorst van Wenum en Gerritje Arends
, son of Rheijnder ALBERTS, herbergier, olieslager, and Johanna (Janna) JANSEN.
From this marriage:
Janna Egberts, huiswerkdoende, born on 08‑12‑1806 in Apeldoorn, christened on 14‑12‑1806 in Apeldoorn, died on 06‑01‑1871 in Zutphen at the age of 64.
Married (1) at the age of 28 on 13‑02‑1835 in Apeldoorn to Marten BOSGOED, landman, born ±1799 in Apeldoorn ? Died <1857, son of Marten BOSGOED, arbeider, and Willempje HEIMERIKS.
Married (2) at the age of 51 on 19‑06‑1858 in Apeldoorn to Hendrik HETTELING, blikslager, born ±1821 in Amsterdam, son of Teunis HETTELING and Anna Maria MEIJER.
Maria, born ±1809 in Apeldoorn.
Aalbert Aalberts van WEENUM (see also VIIIz).
Annetjen Aalberts KAMPHORST (see also VIIIaa).

VIIl
Steventje Teunissen KAMPHORST, born on 17‑01‑1780 in Apeldoorn, christened (NDG) on 23‑01‑1780 in Apeldoorn (witness(es): Zwaantje Kamphorst), died ..‑01‑1806 in Wiesel, vlgs internet overleden d.d. 06-06-1806, buried on 16‑01‑1806 in Apeldoorn, daughter of Theunis Gerrits KAMPHORST (see also VIk) and Aartje Gerrits HOFMEIJER.
Publication of the banns ..‑10‑1804 in Apeldoorn, church marriage at the age of 24 on 21‑10‑1804 in Apeldoorn to Peel Everts BUITENHUIS (Berends), koperslagersknecht in Wenum op de Rotterdamse Kopermolen, born ..‑07‑1778 in Apeldoorn, christened on 05‑07‑1778 in Apeldoorn (witness(es): Teunisjen Jansen, Steintje Jacobs), died on 09‑06‑1835 in Apeldoorn, neemt in 1811 de naam Buitenhuis aan, son of Evert Harms EVERTS (Berends) and Neeltje PEELEN.
From this marriage:
Evert Peelen (Evert Everts Peelen), dagloner, born on 06‑04‑1805 in Wiesel, christened (NDG) on 14‑04‑1805 in Apeldoorn, died ±1878.
Married at the age of 31 on 17‑06‑1836 in Apeldoorn to Willemiena ROSKAM, born ±1803 in Terwolde, died ±1862, daughter of Roelof ROSKAM and Reintje Andries ALBERTS.

VIIm
Berend Gerrits KAMPHORST, born ..‑10‑1752 in Apeldoorn, christened (NDG) on 29‑10‑1752 in Apeldoorn, died on 06‑07‑1809 at 20.00 in Apeldoorn (witness(es): Bernardus Blumink), buried on 10‑07‑1809 in Apeldoorn. In 1783 kwam Berend voor op een lijst van weerbare mannen in de buurtschap Wiesel, samen met een huisgenoot Gerrit Gerrits en in 1802 stond zijn naam op een lijst van ingezetenen van het kerspel Apeldoorn. Als vijftigjarige was hij in 1802 vrijgesteld van de militaire dienstplicht. Hij stond echter wel te boek als "contribuabel", d.w.z. als iemand die contributiegelden kon betalen voor de oorlogsinspanning. ---> Is de genoemde huisgenoot Gerrit Gerrits wellicht een broer ? Son of Gerrit Gerrits KAMPHORST (see also VIl) and Stientje RHIJNDERS.
Publication of the banns on 30‑11‑1782 in Apeldoorn, church marriage on 22‑12‑1782 in Apeldoorn (NDG) to Willempje Jans POL (Pols, Poll), born ..‑11‑1752 in Garderen, christened (NDG) on 03‑12‑1752 in Garderen, died on 19‑02‑1829 in Apeldoorn, daughter of Jannes POL and Janna HENDRIKS.
From this marriage:
Gerrit Berends, born on 14‑03‑1783 in Wiesel, christened (NDG) on 16‑03‑1783 in Apeldoorn (witness(es): Geertje Poll), died on 08‑12‑1784 at 06.00 in Wiesel at the age of 1 (witness(es): Berend Kamphorst), buried on 13‑12‑1784 in Apeldoorn.
Gerrit Berends (see also VIIIac).
Stijntje Berends (Christina) (see also VIIIad).
N.N., born on 02‑03‑1796 at 06.00 in Hoog Soeren, died on 02‑03‑1796 at 06.00 in Hoog Soeren, 0 days old, buried on 03‑03‑1796 in Apeldoorn.

VIIn
Steventje Gerrits KAMPHORST (Steventje Geurts), dagloonster, born ..‑01‑1756 in Wiesel, christened (NDG) on 11‑01‑1756 in Apeldoorn, daughter of Gerrit Gerrits KAMPHORST (see also VIl) and Stientje RHIJNDERS.
Church marriage ±1780 to Cornelis (Knelis) Gerrits CREMERS (Cremer), dagloner, born ±1755.
From this marriage:
Stijntje (Steintje, Hijntje) (see also VIIIaf).

VIIo
Rhijnder Gerrits KAMPHORST (Reindert), born ..‑11‑1757 in Apeldoorn, christened (NDG) on 13‑11‑1757 in Apeldoorn, died on 07‑05‑1808 in Zwartebroek, buried on 11‑05‑1808 in Voorthuizen, son of Gerrit Gerrits KAMPHORST (see also VIl) and Stientje RHIJNDERS.
Publication of the banns on 16‑02‑1788 in Nijkerk, church marriage on 02‑03‑1788 in Putten to Hendrikje JURRIAANS (Hendrikje Jurriens, Hendrikje Jordens), daghuurster, born ..‑08‑1765 in Voorthuizen, christened (NDG) on 11‑08‑1765 in Voorthuizen, daughter of Jurrien HELMERTS (Jurgen Helmerse) and Geertje HENDRIKS.
From this marriage:

VIIp
Theunisje (Teuntjen) Gerrits KAMPHORST, landbouwerse, born on 01‑08‑1772 in Wiesel, christened (NDG) on 02‑08‑1772 in Apeldoorn, died on 13‑07‑1832 in Voorst at the age of 59, buried ..‑07‑1832 in Begraafplaats de "Bottertonne", Deventerweg 2A Voorst, daughter of Gerrit Gerrits KAMPHORST (see also VIl) and Stientje RHIJNDERS.
Publication of the banns (1) ..‑09‑1790 in Voorst ? Church marriage at the age of 17 on 22‑05‑1790 in Apeldoorn to Geurt Jansen HULLEMAN, landbouwer, born ..‑03‑1754 in Hoog Soeren, christened on 17‑03‑1754 in Apeldoorn, died on 11‑05‑1814 in Hoog Soeren, son of Jan Goosen PAUS and Claasje HESSELS.
Married (2) at the age of 42 on 20‑02‑1815 in Apeldoorn to Albert Gerrits GROOTENHUIS (Albert Groothuis), karman, born ±1760 in Vaassen, christened ±1760 in Vaassen, died on 31‑08‑1829 in Voorst, son of Gerrit Hendriks GROOTENHUIS and Teuntje (Teunisje) Teunisse RUNNEBOOM.
Married (3) at the age of 58 on 15‑10‑1830 in Apeldoorn to Hendrik Reinders MAGNIFIEK, landman, born ±1774 in Beekbergen, son of Reinder Hendriks MAGNIFIEK and Fenneken REINDERS.
From the first marriage:
Jan Geurtsen (see also VIIIai).
Christina (see also VIIIaj).
Gerrit Jansen (see also VIIIak).

VIIq
Gerritje (Gerarda) Gerrits KAMPHORST, born on 06‑03‑1778 in Apeldoorn, christened (NDG) on 15‑03‑1778 in Apeldoorn (witness(es): Zwaantje Kamphorst), died on 26‑11‑1838 in Amsterdam at the age of 60, daughter of Gerrit Gerrits KAMPHORST (see also VIl) and Janna EGBERTS.
Publication of the banns on 15‑04‑1808 in Amsterdam, married at the age of 30 on 22‑04‑1808 in Amsterdam to Gerardus van der MEULEN, born ±1777 (religion: RK).
From this marriage:
Gerardus, born ..‑01‑1806 in Amsterdam, christened (RK, Maagdenhuis) on 30‑01‑1806 in Amsterdam (witness(es): Jacob Stroobrand, Maria Willemse).
Cornelia, born ..‑01‑1806 in Amsterdam, christened (RK, Maagdenhuis) on 30‑01‑1806 in Amsterdam (witness(es): Jacob Stroobrand, Maria Willemse).

VIIr
Steventje Goossens KAMPHORST (Stijntje), born ..‑05‑1760 in Elspeet, christened on 04‑05‑1760 in Elspeet, died on 02‑12‑1795 in Elspeet, buried on 08‑12‑1795 in Elspeet. ORA 0203, boek 849 Elspeet. folio 115 t/m 117, d.d. 12-09-1797
Magescheijd tussen Reyer Everts van Burelt, weduwnaar van Stijntje Goossens Kamphorst, en de voogden over zijn 2 minderjarige kinderen (Voogden : Goossen Camphorst en Willem Evertsen van Bureld)
16/11/1816:
Scheiding van erfdelen uit de nalatenschap van de echtelieden Reijer Evertsen van Burik, overleden te Apeldoorn op 1 maart 1799 en Steventje Goossen Kamphorst, overleden te Elspeet op 2 december 1795.
Op verzoek van hun kinderen:
1. Evert Reijersen van Burik, landbouwer te Lunteren;
2. Goossen Reijersen van Burik, schaapherder te Kootwijk.
Daughter of Goossen Gerrits KAMPHORST (see also VIm) and Fijtje TIJMENS.
Church marriage on 22‑03‑1789 in Elspeet (NDG) to Reyer Everts van BURIK (Reijer van Buureld), schaapherder, born ±1756 in Kootwijk, died on 01‑03‑1799 in Apeldoorn.
From this marriage:
Evert Reijersen (Evert van Buren), bouwman, schaapherder, born on 08‑03‑1790 in Garderen, christened on 14‑03‑1790 in Elspeet, died on 20‑07‑1864 in Scherpenzeel at the age of 74.
Married at the age of 23 on 06‑03‑1814 in Barneveld to Celia (Ceeltje) Rengersen van LINDENBERG, 19 years old, born on 10‑10‑1794 in Barneveld.
Jannetje, born on 29‑03‑1792 in Elspeet, christened on 01‑04‑1792 in Elspeet.
Goossen Reijersen (see also VIIIal).

VIIs
Lammert (Lambert) Lamberts CAMPHORST (Kamphorst), dagloner (1812), daghuurder (1832), landbouwer (1835, 1849 en 1850), karman (1841), born on 04‑07‑1777 in Voorst, volgens CD-05 VVG geb. 04-07-1778, ged. 05-07-1778, christened (NDG) on 05‑07‑1777 in Voorst, died on 21‑01‑1850 in Voorst at the age of 72, buried ..‑01‑1850 in Begraafplaats de "Bottertonne", Deventerweg 2A Voorst. Op 8 juni 1802, 2 jaar na het overlijden van zijn vader, werd Lammert Camphorst aangesteld als scheuter van de marke van Voorst en Noord-Empe. Hiermee trad hij in de voetsporen van zijn grootvader Lambert en zijn overgrootvader Garrit. Op 22-5-1804 werd hij echter al weer als scheuter ontslagen, omdat hij toen vertrokken was uit de marke van Voorst en Noord-Empe.
Lammert was in 1832 eigenaar geworden van een kleine boerderij aan de Holthuizerstraat, thans Oudhuizerstraat geheten. Het overzichtskaartje laat zien dat het land rond Lammert's huis in 1850 nog vrijwel geheel onder heide en struikgewas lag en dus nog grotendeels ontgonnen moest worden voor de landbouw. Foto's van dit boerderijtje, dat in 1751 gebouwd werd, zijn nog in het bezit van Mevr. Hissink te Voorst, de laatste bewoonster. De foto van de zijgevel laat zien hoe de oorspronkelijke potstal via de luiken in de zijgevel kon worden geleegd op een stenen mestvloer. In 2001 was het boerderijtje niet meer bewoond en in een vervallen staat. (afd. 23) Het boerderijtje was omgeven door 2,5 ha eigen grond, waarvan 1,6 ha weiland en 0,9 ha bouwland. Ongeveer 500 m in de richting van Voorst bezat Lammert ook nog 0,9 ha bouwland (afb. 24). Zijn huis was maar klein, wat blijkt uit het feit dat het voor de inkomstenbelasting jaarlijks belastbaar was voor slechts fl. 15,-- Voor de personele belasting werd hij in 1848 ingedeeld in categorie 5, wat betekende dat hij een keuterboer zonder knechten en meiden was. Na het overlijden van Maria Heen in 1850 bleef haar jongste dochter Jakoba met haar man Gerrit Jan Hissink in haar ouderlijk huis aan de Oudhuizerstraat wonen. Vele generaties Hissink bleven er daarna het boerenbedrijf uitoefenen tot ver in de 20e eeuw.
Son of Lambert Lamberts CAMPHORST (Kamphorst) (see also VIo) and Gerritje JANSEN.
Publication of the banns on 07‑10‑1803 in Voorst, church marriage at the age of 26 on 30‑10‑1803 in Voorst (NDG) to Maria Helena HEEN (Maria Elisabeth, Maria Magdalena Heem, Heimen), 28 years old, landbouwster, born on 12‑04‑1775 in Goch (Pruisen), died on 26‑12‑1850 in Voorst at the age of 75.
From this marriage:
Lammert Lammerts (see also VIIIam).
Berend Jan Lammerts KAMPHORST (Camphorst), born on 11‑11‑1818 in Broek, Voorst, died on 18‑06‑1849 in Voorst at the age of 30.

VIIt
Gerritjen Lamberts CAMPHORST, boerenwek doende, huisvrouw, born on 01‑05‑1785 in Broek, Voorst, christened (NDG) on 05‑05‑1785 in Voorst, bel. NDG Voorst 16-04-1810, died on 09‑01‑1830 in Empe at the age of 44, daughter of Lambert Lamberts CAMPHORST (Kamphorst) (see also VIo) and Gerritje TEUNISSEN (Gerritje Gerrits), boerenwerk doende, landbouwster.
Married at the age of 35 on 31‑03‑1821 in Voorst to Willem Jan WAIJENBERG, 30 years old, dagloner, landman, born on 28‑12‑1790 in Broek, Voorst, died on 22‑03‑1860 in Empe at the age of 69, volgens Arie Kamphorst ovl. 04-03-1830, son of Harmen WAIJENBERG, daghuurder, and Maria van der ZANDEN.
From this marriage:
Harmen WAYENBERG, born on 28‑09‑1821 in Voorst.
Gerrit Jan WAYENBERG, born on 11‑09‑1826 in Empe, died on 27‑07‑1851 in Empe at the age of 24.

VIIu
Antonia Hendrika Lamberts KAMPHORST (Camphorst), born on 28‑07‑1786 in Broek, Voorst, christened (NDG) on 30‑07‑1786 in Voorst, died on 04‑03‑1843 in Voorst at the age of 56, buried on 08‑03‑1843 in Gemeentelijke begraafplaats de "Bottertonne", Deventerweg 2A Voorst, daughter of Lambert Lamberts CAMPHORST (Kamphorst) (see also VIo) and Gerritje TEUNISSEN (Gerritje Gerrits), boerenwerk doende, landbouwster.
Publication of the banns on 17‑08‑1810 in Voorst, married at the age of 24 on 09‑09‑1810 in Voorst to Jurrien HISSINK, 23 years old, daghuurder (1810), landbouwer (1839), daghuurder (1843), born on 24‑08‑1787 in Voorst, died on 27‑10‑1865 in Voorst at the age of 78.
From this marriage:
Geertrui, born on 05‑02‑1812 in Voorst, died on 26‑02‑1812 in Appen, 21 days old.
Lammert, boerenwerk doende, born on 27‑02‑1813 in Broek, Voorst.
Married at the age of 25 on 27‑04‑1838 in Voorst to Elisabeth MODDERKOLK, born ±1815 in Loenen.
Geertrui, born on 10‑12‑1815 in Broek, Voorst.
Married at the age of 26 on 15‑07‑1842 in Apeldoorn to Johannes BITTERS, koornmolenaar, born ±1780 in Spankeren, Rheden.
Gerrit Jan (see also VIIIas).
Berendina, born on 13‑07‑1821 in Broek, Voorst.
Married at the age of 23 on 28‑12‑1844 in Voorst to Antonij DIJKERMAN, boerenwerk doende, born ±1821 in Terwolde, Voorst.
Gerritjen, born on 22‑06‑1825 in Broek, Voorst, died on 28‑05‑1910 in Brummen at the age of 84.
Married at the age of 18 on 28‑08‑1843 in Voorst to Zwier COENDERS, landbouwer, born ±1805 in Broek, Voorst.

VIIv
Janna Lamberts KAMPHORST (Camphorst), born on 08‑03‑1792 in Wilp, volgens WieWasWie geb. 11-03-1792 Broek, Voorst, christened (NDG) on 18‑03‑1792 in Voorst (witness(es): Christina Jansen), died on 10‑01‑1873 in Voorst at the age of 80, buried ..‑01‑1873 in Begraafplaats de "Bottertonne", Deventerweg 2A Voorst, daughter of Lambert Lamberts CAMPHORST (Kamphorst) (see also VIo) and Gerritje TEUNISSEN (Gerritje Gerrits), boerenwerk doende, landbouwster.
Married at the age of 28 on 06‑05‑1820 in Voorst to Lammert MARTENS, 25 years old, karman (±1835), landbouwer met knecht en meid (±1870), born on 21‑11‑1794 in Wilp, christened (NDG) on 15‑12‑1794 in Wilp, died on 18‑07‑1865 in Voorst at the age of 70.
From this marriage:
Willemina, born on 13‑05‑1821 in Broek, Voorst, died on 06‑05‑1889 in Zevenhuizen, Apeldoorn at the age of 67.
Married (1) at the age of 30 on 02‑08‑1851 in Apeldoorn to Teunis REUPKES, landbouwer, born ±1792 in Apeldoorn, died ±1862.
Married (2) at the age of 41 on 21‑02‑1863 in Apeldoorn to Johannes TAMBOER, landbouwer, born ±1816 in Apeldoorn.
Lammert, timmerman, born on 30‑12‑1822 in Voorst, died on 05‑04‑1857 in Rhienderen, Brummen at the age of 34.
Publication of the banns ..‑04‑1855 in Brummen, married at the age of 32 on 28‑04‑1855 in Brummen to Aaltje BOERSTOEL, born ±1819 in Voorst, died on 31‑03‑1886 in Brummen, daughter of Martinus BOERSTOEL, timmerman, and Gerdina WEENINK.
Willem Jan, landbouwer, born on 05‑03‑1825 in Voorst, died on 29‑04‑1894 in Voorst at the age of 69.
Married at the age of 45 on 10‑09‑1870 in Voorst to Derkjen BRESSER, dienstmeid, born ±1844 in Broek, Voorst.
Gerrit Jan, born on 26‑08‑1827 in Voorst, died on 26‑02‑1832 in Voorst at the age of 4.
Grietje, born on 15‑08‑1830 in Voorst.
Gerritje, born ±1831 in Broek, Voorst, died on 03‑11‑1859 in Voorst.
Married on 15‑05‑1852 in Voorst to Jan JANSEN, landbouwer, born ±1805 in Broek, Voorst.
Gerdina, born on 20‑04‑1833 in Voorst.
Married at the age of 26 on 29‑10‑1859 in Voorst to Teunis KRUITBOSCH, boerenknecht, born ±1824 in Wilp, Voorst.

VIIIa
Jan Jansen PANHUIS, born ..‑11‑1749 in Voorst, christened on 09‑11‑1749 in Voorst, died on 13‑09‑1832 in Voorst, son of Jan Berends (Jan Berends op Panhuis) and Megtelt Jansen KAMPHORST (see also VIIa).
Church marriage ±1775 to Janna KERKHOF, born ±1750.
From this marriage:
Jan Jansen, born ±1777.
Maria, born ±1779.
Jan Willem, born ±1781.
Henderik, born ±1785.
Jenneken, born ±1787.

VIIIb
Megtelt SPRIK, born ..‑10‑1762 in Voorst, christened (NDG) on 31‑10‑1762 in Voorst, died on 18‑03‑1833 in Voorst, daughter of Jan‑Henderijk (Jan) SPRIK (see also VIIb) and Maria Jansen BOSCH.
Publication of the banns on 12‑04‑1788 in Voorst, church marriage on 28‑04‑1788 in Voorst (NG), huwelijk 01-05-1788 Zutphen to Johan Hendrik WELHAUSEN (Jan Hendrik Welheuzen), bouwman, born ±1750 in Voorst, died on 07‑03‑1818 in Voorst.
From this marriage:

VIIIc
Maria Jansen SPRIK, huiswerk doende, born on 02‑08‑1772 in Voorst, christened (NDG) on 12‑08‑1772 in Voorst (witness(es): Hendrica Rijkels), died on 06‑07‑1839 in Brummen at the age of 66, daughter of Jan‑Henderijk (Jan) SPRIK (see also VIIb) and Jenneken WILLEMS.
Publication of the banns (1) on 29‑11‑1799 in Voorst, church marriage at the age of 27 on 22‑12‑1799 in Voorst to Ger Waander JANSEN, timmerman, born ±1769 in Voorst.
Married (2) at the age of 38 on 23‑03‑1811 in Zutphen to Hendrik Jan NIJENDIJK, daghuurder, born ±1783 in Lochem, died on 21‑06‑1853 in Empe, son of Willem NIJENDIJK and Aaltjen SCHOOLDERMAN.
From the first marriage:
Jan Peter (Jan Peter Waanders), boerenknecht, born on 16‑12‑1802 in Voorst, christened on 19‑12‑1802 in Voorst.
Married at the age of 27 on 09‑01‑1830 in Voorst to Gerritjen KASTELEIN, dienstmeid, born ±1809 in Voorst.
Jenneken (Jenneken Waanders), born on 16‑02‑1805 in Voorst, christened on 24‑02‑1805 in Voorst.
Gerrit Jan (Gerrit Jan Waanders), born on 15‑02‑1807 in Voorst, christened on 22‑02‑1807 in Voorst.
From the second marriage:
Willem Aaldert (see also IXd).

VIIId
Willem Jansen SPRIK, born on 28‑03‑1774 in Voorst, christened (NDG) on 31‑03‑1774 in Voorst (witness(es): Jenneken Lammers), died on 17‑10‑1807 in Voorst at the age of 33, buried on 21‑10‑1807 in Voorst, son of Jan‑Henderijk (Jan) SPRIK (see also VIIb) and Jenneken WILLEMS.
Publication of the banns (1) on 02‑04‑1802 in Voorst, church marriage at the age of 28 on 25‑04‑1802 in Voorst to Zwaantje van der AHE, born ±1776 in Voorst, died on 16‑07‑1803 in Voorst, buried on 19‑07‑1803 in Voorst.
Church marriage (2) ca. 1804 to Teuntje NIJHOF, born ±1770 in Brummen.
From the first marriage:
Jan, born on 08‑07‑1803 in Voorst, christened on 24‑07‑1803 in Voorst (witness(es): Mechteld Sprik).

VIIIe
Jan Jansen SPRIK, dagloner, landbouwer, born on 16‑12‑1781 in Voorst, christened (NDG) on 23‑12‑1781 in Voorst, died on 24‑09‑1848 in Voorst at the age of 66, son of Jan‑Henderijk (Jan) SPRIK (see also VIIb) and Willemina Waanders BIJVANK.
Married at the age of 33 on 06‑05‑1815 in Brummen to Geertruij NENGERMANN, dienstmeid, born ..‑02‑1791 in Brummen, christened on 15‑02‑1791 in Brummen, daughter of Harman NENGERMANN and Janna HULSHOFF.
From this marriage:
Jan (see also IXe).
Janna (see also IXf).
Willemina (see also IXg).
Harmen SPRICK (see also IXh).
Hendrika, born on 17‑04‑1824 in Voorstonden (Brummen).
Evert Jansen (see also IXi).
Johanna, born on 05‑02‑1829 in Voorstonden (Brummen).
Gerrit Jan, born on 22‑02‑1831 in Voorstonden (Brummen).
Johanna Fredrika, born on 29‑12‑1833 in Voorstonden (Brummen).
Hendrikus, born on 28‑03‑1836 in Voorstonden (Brummen).
Johannes, born ±1838 in Voorstonden (Brummen).

VIIIf
Hendrica Jansen SPRIK, dienstmaagd, born on 17‑02‑1784 in Voorst, christened on 22‑02‑1784 in Voorst, died on 29‑12‑1838 in Nijmegen at the age of 54, daughter of Jan‑Henderijk (Jan) SPRIK (see also VIIb) and Willemina Waanders BIJVANK.
Married at the age of 35 on 05‑06‑1819 in Nijmegen to Anthony MAURITS, 32 years old, tuinman, born on 18‑02‑1787 in Lent, son of Jan MAURITS and Catharina REIJNEN.
From this marriage:
Jan Willem, letterzetter, born on 07‑01‑1821 in Nijmegen, died on 02‑04‑1888 in Nijmegen at the age of 67.
Wilhelmus Johannes, born on 02‑08‑1822 in Nijmegen.
Carel Hendrik Reinier, smid, born on 23‑07‑1825 in Nijmegen, died on 26‑10‑1902 in Nijmegen at the age of 77.

VIIIg
Jenneken Jansen SPRIK, born on 03‑02‑1786 in Voorst, christened (NDG) on 05‑02‑1786 in Voorst, died ±1852 in Deventer, daughter of Jan‑Henderijk (Jan) SPRIK (see also VIIb) and Willemina Waanders BIJVANK.
Married ±1808 to Jan NIJHOF, arbeider, born ±1785.
From this marriage:
Harmanus Willem, arbeider, born ±1811 in Zutphen.
Married on 08‑06‑1836 in Zutphen to Catahrian WESSELINK, born ±1806 in Brummen.
Johanna, born ±1813 in Voorst.
Married (1) on 11‑05‑1836 in Zutphen to Hendrikus GARRITSEN, born ±1811 in Zutphen.
Married (2) on 14‑05‑1846 in Deventer to Samuel WAANDERS, born ±1812 in Deventer.
Hendrik Jan, militair, born ±1818 in Voorst.
Married (1) on 19‑04‑1844 in Ruurlo to Reintjen LANGENBARG, born ±1810 in Ruurlo, died <1857.
Married (2) on 28‑08‑1858 in Ruurlo to Garritjen BLUMINK, boerwerkster, born ±1819 in Ruurlo, died on 29‑11‑1880 in Olden Eibergen (Ruurlo), daughter of Wolter BLUMINK, landbouwer, and Hendrika BERENPAS.
Jan (see also IXj).
Fredrika, born ±1824 in Voorst.
Married on 09‑05‑1853 in Deventer to Hendrikus MEEUWENBARG, born ±1823 in Diepenveen.

VIIIh
Janna Jansen SPRIK, dienstmeid, born on 24‑09‑1791 in Voorst, christened (NDG) on 02‑10‑1791 in Voorst (witness(es): Meggelt Sprik), daughter of Jan‑Henderijk (Jan) SPRIK (see also VIIb) and Willemina Waanders BIJVANK.
Married at the age of 28 on 03‑11‑1819 in Zutphen to Everhardus JANSEN, behangersgezel, born ±1789 in Zutphen, son of Evert JANSEN and Johanna Antonia van WEL.
From this marriage:
Johanna Antonia, born ±1821 in Zutphen.
Willemina Henrica, born ±1828 in Zutphen.
Jan, born ±1830, died on 05‑03‑1851 in Utrecht.

VIIIi
Mechteld Cornelisse KAMPHORST, born ..‑07‑1782 in Arnhem, christened (NDG) on 07‑07‑1782 in Arnhem, died on 20‑04‑1853 in Arnhem. Een foto van de Langestraat te Arnhem (Am.4), waar Mechteld in 1853 woonde, is opgenomen als afbeelding in het hoofdstuk van de tak van Arnhem. Van de RK Kerk in de Varkensstraat te Arnhem, waar Mechteld haar 2 dochters liet dopen, hebben wij geen afbeelding kunnen vinden.
Mechteld kon schrijven, want zij zette haar handtekening onder haar huwelijksakte.
Daughter of Cornelis Abrahams KAMPHORST (see also VIIc) and Christina KNOOPS (Knops).
Publication of the banns on 06‑11‑1814 in Arnhem, married on 17‑11‑1814 in Arnhem to Pieter ARNOLD (Peter Arnaud), bediende/opperman, lantaarnaansteker, knecht landsprovoost, stokkeknecht, born ±1789 in Arnhem, died on 23‑03‑1860 in Arnhem, son of Jan ARNOLT (Arnold) and Fija van SEIJST (Tiga).
Children:
Cornelia KAMPHORST, born ..‑05‑1802 in Arnhem, christened (RK) on 21‑05‑1802 in Arnhem, died on 05‑08‑1804 in Arnhem.
Margarita KAMPHORST, born ..‑02‑1807 in Arnhem, christened (RK) on 07‑02‑1807 in Arnhem.
From this marriage:
Jan Jacob ARNAUD, born ±1814 in Arnhem, died on 25‑06‑1818 in Arnhem, son of Pieter ARNOLD (Peter Arnaud), bediende/opperman, lantaarnaansteker, knecht landsprovoost, stokkeknecht, and Mechteld Cornelisse KAMPHORST (see also VIIIi).
Sophia Cornelia (see also IXk).
Johanna Antonia ARNAUD (see also IXl).
levenloos ARNAUD, born on 08‑02‑1817 in Arnhem, died on 08‑02‑1817 in Arnhem, 0 days old, son of Pieter ARNOLD (Peter Arnaud), bediende/opperman, lantaarnaansteker, knecht landsprovoost, stokkeknecht, and Mechteld Cornelisse KAMPHORST (see also VIIIi).
Jan Jacob ARNAUD, born on 21‑02‑1818 in Arnhem, died on 25‑06‑1818 in Arnhem, 124 days old, son of Pieter ARNOLD (Peter Arnaud), bediende/opperman, lantaarnaansteker, knecht landsprovoost, stokkeknecht, and Mechteld Cornelisse KAMPHORST (see also VIIIi).
Christina ARNAUD, born ..‑09‑1819 in Arnhem, died on 26‑03‑1820 in Arnhem, daughter of Pieter ARNOLD (Peter Arnaud), bediende/opperman, lantaarnaansteker, knecht landsprovoost, stokkeknecht, and Mechteld Cornelisse KAMPHORST (see also VIIIi).
Christiaan ARNAUD, born on 04‑07‑1821 in Arnhem, died on 12‑01‑1822 in Arnhem, 192 days old, son of Pieter ARNOLD (Peter Arnaud), bediende/opperman, lantaarnaansteker, knecht landsprovoost, stokkeknecht, and Mechteld Cornelisse KAMPHORST (see also VIIIi).
Pieter ARNAUD, born on 01‑09‑1823 in Arnhem, died on 15‑09‑1823 in Arnhem, 14 days old, son of Pieter ARNOLD (Peter Arnaud), bediende/opperman, lantaarnaansteker, knecht landsprovoost, stokkeknecht, and Mechteld Cornelisse KAMPHORST (see also VIIIi).

VIIIj
Hartger (Hertger) Teunisse CAMPHORST (Kamphorst), grofsmid, hoefsmid, meestersmid, born ..‑05‑1766 in Beekbergen, christened (NDG) on 08‑05‑1766 in Beekbergen, died on 22‑01‑1847 in Apeldoorn. In 1798 kwam Hartger voor op een lijst van dienstplichtigen voor de nationale militie. Hij werd "verplicht bevoegd verklaard voor de militaire dienst en bleek "gewillig". In 1799 tekende hij zelfs "een verklaring van trouw aan het bataafse volk en van afkeer van het stadhouderlijk bewind". Hartger had al in 1812 een huis met 2 deuren en 5 vensters op de begane grond en de 1e verdieping, waarvan de woonhuur geschat werd op 40 franc per jaar. De belastingaanslag voor huisraad was 8 franc 37 centimes en voor de grondbelasting moest hij 11 franc 24 centimes betalen. In 1818 had hij nog evenveel deuren en vensters en woonde hij dus vrijwel zeker nog in hetzelfde huis als in 1812. Het huis stond aan Den Krommenhoek bij de Brinkstraat in het dorp Apeldoorn (Bn.3). Uit dit alles blijkt dat Hartger en Annetje in 1812 en 1818 tamelijk welvarend waren. In 1812 had Hartger 3 koeien, waarvoor hij in totaal fl. 6,-- belasting betaalde, en in 1813 betaalde hij fl. 4,-- voor 2 koeien. In 1812 verkochten Hartger en zijn vrouw Annetje Hendriksen Buitenhuis, samen met Annetje's broer Hendrik Hen driksen Buitenhuis en diens vrouw, "een huis met moeshof, bouw en weijland in het APeldoornsche Broekland aan de gemeene wegh", groot 1,7 hectaren. Tevens verkochten zij "twee morgen hoeijland in de Zuidbroeken onder de gemeente Apeldoorn", gelegen tussen de Nieuwe Wetering in het oosten en de Rietgraave in het westen (zie overzichtskaartje in het hoofdstuk van de tak van Apeldoorn). De totale opbrengst van deze verkoop was fl. 250,--. Het betrof hier waarschijnlijk de nalatenschap van Annetje's ouders.
In 1814 leenden Hartger en Annetje een bedrag van "zes hondert gulden hollans in natuur" tegen een rente van 5% voor een periode van 6 jaar. Onderpand voor deze lening was "een huis met bijgelegde schuure en moeshof gelegen in de gemeente Apeldoorn, een vierde portie in een perceel zaaijland gelegen in het Broekland onder Apeldoorn en een vierde portie in een stuk hooijland groot 3 morgen, genaamd het Lodden Land, geleegen op den Ankelaar aant Noord Apeldoornsche Veld aanlandend" (zie overzichtskaartje in het hoofdstuk van de tak van Apeldoorn). Ook dit onderpand was waarschijnlijk afkomstig uit de nalatenschap van Annetje's ouders. In 1815 werd ditzelfde bezit voor fl. 500,-- verkocht aan Annetje's broer Hendrik. Hartger's 3 oudste kinderen waren toen schoolgaand. Hartger had in 1832 in het dorp Apeldoorn 28 are grond in eigendom, waarop een erf, tuin, huis en schuur. De locatie van dit bezit is aangegeven op overzichtskaartje 2 (Bn.3). Het huis had een belastbare waarde van fl. 36,-- per jaar. Ook bezat Hartger toen nog 29,5 are weiland in de buurtschap Wormingen (Bn.4). In 1833 werd Hartger's bezit in de buurtschap Wormingen uitgebreid door aankoop van 26 are bouwland en hakhout in de Worminger Enk (Bn.5). In 1834 was de belastbare waarde van Hartger's huis fl. 36,-- en van zijn "ongebouwde eigendommen" fl. 20,54 (afb. 5). In 1841 verkochten Hartger en Annetje aan hun zoon Teunis, die toen bij hen inwoonde, het huis met erf en schuur aan de Krommenhoek in Apeldoorn Dorp en de percelen bouwland in de Worminger Enk. In 1837 hield Hartger in zijn huis een publieke verkoping van roerende goederen, waaronder een karn, een koperen ketel, een wanmolen, 2 bedden, tonnen, kandelaars, een bonenmolen, een vuurmand, een koffietrom, een tabakspot en tinnen borden, schotels en lepels. De opbrengst was fl. 137,90. In 1847, kort voor zijn overlijden, verbleef de weduwnaar Hartger Kamphorst in een afzonderlijke woning aan de zuidzijde van het huis van zijn zoon Teunis met zijn dochters Maria en Johanna Maria. Deze woning bestond uit een vertrek met een raam op het zuiden en een raam op het westen, een aangrenzende goot of achterkeuken, een zolder en een achterhuis. Hier werden de meeste bezittingen van Hartger en zijn reeds lang overleden vrouw Annetje onder de kinderen verdeeld. De inboedel bevatte o.a. een notenhouten kabinet, een glazenkast, een staartklok, stoelen met matten zittingen, zilveren lepels en gespen, 14 bijbels en andere boeken, porcelein en haardgereedschap. Aan voedingsmiddelen waren er o.m. vlees, spek en een pot vet. In het achterhuis bevonden zich gedorste rogge en boekweit, stro en een geitenhok met geit. De waarde van de inboedel werd geschat op fl. 239,--. Daarnaast waren er fl. 3300,-- aan schuldvorderingen te verdelen. Hartger's schuldernaren waren vooral zijn zoon Teunis, zijn stiefzoon Berend Hamment en zijn schoonzoons Cornelis Johannes Buurman en Hendrikus Jonker.
Eveneens in 1847 werd Hartger's grondbezit verdeeld. Dit omvatte het recht van erfpacht van een kamp weiland van het "zedelijk Ligchaam De Order Mark", het recht van huur van een kamp weiland "gelegen over de Gracht" in de Worminger Mark, een bouwland bij de Tepelenberg "doorsneden door het Biddermanspad", een bouwland aan de Arnhemse Straatweg (Bn.6) en een bouwland in de Worminger Enk "aan de oostkant van het Hezerveldje" (Bn.5). De totale geschatte waarde van dit bezit was fl. 79,--.
Hartger's oudste dochter Jacomyna kreeg van de bij haar ouders inwonende leerlingsmid Steven van der Zande een buitenechtelijk kind Jacobus Camphorst. Het kind werd geboren te Putten op 21-11-1834 ten huize van de ouders van zijn vader en overleed te Brink en Orden op 21-10-1837 in het huis van de ouders van zijn moeder. Hartger's dochter Gerritjen en haar echtgenoot, de bakker Cornelis Johannes Buurman, leenden in 1831 fl. 500,-- tegen een rente van 4,5%. Onderpand voor deze lening was een door hen bewoond huis met bakhuis, schuur, hof en bouwland, samen groot 65 roeden en 50 ellen, dat zij in 1830 hadden gekocht. Het huisje lag "bij den Eendracht" in de buurtschap Wormingen. Het grensde ten zuiden en ten westen aan de weg en ten noorden aan de Beek (Bn.7). In 1834 verkochten zij dit huisje weer en kochten zij een huis genaamd De Ploeg aan de Dorpsstraat te Apeldoorn. Samen met een schuurtje en een plaatsje was dit bedoeninkje 1 roede en 69 ellen groot (Bn.8). Ook kochten zij toen het recht van erfpacht aan een weiland, groot ca. 0,5 bunder, gelegen "voor de Meen te Apeldoorn bij de Zijnenberg en de Boterkamp". Vanaf 1843, na het overlijden van Gerritje, was Vornelis Johannes Buurman tapper en herbergier aan het Marktplein te Apeldoorn (Bn.9). Hij had toen ook een tuin aan de Stationsweg (Bn.10) en was heel actief in het opkopen en weer publiekelijk verkopen van roerende goederen, zoals allerlei huishoudartikelen, landbouwhuisdieren, veldvruchten en voedingsmiddelen. Vanaf 1866 trad hij eveneens op als makelaar in onroerend goed. Hartger's dochter Hendrika en haar echtgenoot, de metselaar Hendrikus Jonker, leenden in 1836 een bedrag van fl. 800,-- tegen een rente van 5%. Onderpand voor deze lening was een door hen bewoon huis "De Prins" met schuur, erf en tuin in het dorp Apeldoorn, samen groot 9 roeden 50 ellen, dat zij in 1831 hadden gekocht (Bn.11). In 1855 verkochten zij dit huis weer voor fl. 2200,--. Hartger's dochters Maria en Johanna Maria woonden bij hun vader en hun broer Teunis te Apeldoorn Dorp in 1847. In 1855 woonden zij samen met ene Schmidt te Brink en Orden. Toen Johanna Maria in 1855 trouwde, ging Maria bij haar broer Peter wonen. In 1863 benoemde Maria haar broers Peter en Hendrik tot haar enige erfgenamen, wat in feite inhield dat zij haar broer Teunis onterfde. Hartger's dochter Johanna Maria erfde van haar moeder Annetje Buitenhuis een bijbel, die later via haar broer Hendrik en diens afstammelingen terecht is gekomen bij Elsa Visscher-Vleugels van de Genealogische Werkgroep Kamphorst. In de bijbel staan aantekeningen in het handschrift van Annetje Buitenhuis (afb. 6).
Hartger's stiefzoon Berend Hamment was aanvankelijk slijter. In 1854 kocht hij de ten oosten van zijn huis staande uitspanning en herberg De Roode Leeuw, met de daarnaast gelegen 2 huizen, 2 schuren, een erf en een tuin. De koopsom was fl. 5370,--. De herberg lag op de hoek van de Deventersche en Amersfoortsche straatwegen en tegenover de Dorpsstraat te Apeldoorn (Bn.12). Berend stond daarna bekend als slijter en tapper. Hij verkocht echter De Roode Leeuw weer in 1861. In 1863 kocht hij voor fl. 5200,-- bouwland, weiland en bos aan de Deventersche Straat en in 1862 verkocht hij onroerend goed met een totaal oppervlak 19 bunder 42 roeden en 40 ellen (Bn.13, Bn.14, Bn.15 en Bn.16). Toen Berend in 1864 kinderloos overleed, erfden zijn halfbroers en halfzusters Kamphorst en de zusters van zijn vooroverleden vrouw elk een twaalfde deel. De totale opbrengst van zijn nalatenschap was fl. 25.350,--.
Son of Thunis (Teunis) Abrahams CAMPHORST (see also VIId) and Gerritje (Gerbrig) GERRITS.
Publication of the banns on 14‑08‑1799 in Apeldoorn, church marriage on 01‑09‑1799 in Apeldoorn (NDG) to Annetje Hendriksen BUITENHUIS (Aaltje), 23 years old, born on 22‑04‑1776 in Apeldoorn, volgens Arie Kamphorst geb. 06-10-1777, christened (NDG) on 28‑04‑1776 in Apeldoorn (witness(es): Gerritje Jansen), volgens Arie Kamphorst gedoopt d.d. 12-10-1777, died on 09‑12‑1841 in Apeldoorn at the age of 65, daughter of Hendrik Hendriks BUITENHUIS and Jacomina Jansen MOS (Jacomijna Massink van Zeist).
From this marriage:
Teunis KAMPHORST (see also IXn).
Johannes Hartgers KAMPHORST, born on 01‑05‑1806 in Brink en Orden (Apeldoorn).
Maria KAMPHORST, born on 30‑10‑1812 in Apeldoorn, christened (NDG) on 22‑11‑1812 in Apeldoorn, died on 20‑05‑1863 in Apeldoorn at the age of 50 (witness(es): Hendrik Jan van Essen, Albertus Alexander Buurman).
Janna Maria KAMPHORST (Johanna Maria), born on 31‑01‑1815 in Apeldoorn, christened (NDG) on 19‑02‑1815 in Apeldoorn, died on 09‑09‑1856 in Apeldoorn at the age of 41, buried on 15‑09‑1856 in Apeldoorn.
Married at the age of 40 on 16‑06‑1855 in Apeldoorn to Lucas HANLEE, 57 years old, papierfabrikant, born on 15‑11‑1797 in Apeldoorn, died on 10‑01‑1871 in Apeldoorn at the age of 73, son of Merten HANLEE and Arendina NIJLAND.
Peter KAMPHORST (see also IXr).
Hendrik KAMPHORST (see also IXs).
Annetje KAMPHORST, born on 21‑07‑1822 in Apeldoorn, died on 19‑09‑1826 in Apeldoorn at the age of 4.

VIIIk
Gart KAMPHORST (Gerrit, Geurt, Gerardus), dagloner (1827), landbouwer (1837), daghuurder (1839), born ..‑09‑1773 in Arnhem, christened (NDG) on 29‑09‑1773 in Arnhem, of 19-09-1773, died on 21‑04‑1839 in Arnhem, son of Geurt Reinders KAMPHORST (see also VIIf) and Grietje SCHEPERKAMP (Schepekamps).
Church marriage on 26‑07‑1803 in Arnhem (NDG) to Meggeld BEERENS (Megchelina Berends), born ±1780 in Arnhem, died on 18‑10‑1852 in Arnhem, daughter of Arnoldus BEERENS and Geertruida Arnolda PETERS.
From this marriage:
Geurt, schoenmaker, born ..‑04‑1805 in Arnhem, christened (NDG) on 06‑04‑1805 in Arnhem, of 7-4-1805 ? Died on 08‑12‑1852 in Arnhem.
Publication of the banns ..‑02‑1837 in Doesburg, married on 04‑03‑1837 in Doesburg to Casperdina HULSMAN (Everdina), born ±1805 in Doesburg, daughter of Gijsbert Jan HULSMAN, metselaar, and Aaltjen JANSSEN.
Ida (see also IXt).
Hermanus, born ..‑11‑1812 in Arnhem, volgens Genlias 16 jaar oud bij overlijden, dus geboren in 1811, died on 09‑04‑1827 in Arnhem.

VIIIl
Reijndert (Reinier) KAMPHORST (Reinder), bode bij de rechtbank, sjouwerman, winkelier, dagloner, arbeider, born ..‑01‑1776 in Arnhem, christened (NDG) on 05‑01‑1776 in Arnhem, of 5-1-1777 ? Died on 29‑08‑1836 in Arnhem. Reinder is gedurende een korte tijd winkelier geweest in de Jansstraat (Am.5), maar was voor de rest van zijn leven arbeider. In 1836 verhuisde hij naar de Korenmarkt (Am.6) en zijn weduwe Aleida van den Bosch woonde later in de Rosemarijnsteeg (Am.7). In de tijd dat Reinder aan de Korenmarkt woonde, was daar nog een markthal, die pas in 1899 werd afgebroeken (afb.8). Mogelijk was Reinder op deze markt werkzaam als arbeider. Son of Geurt Reinders KAMPHORST (see also VIIf) and Grietje SCHEPERKAMP (Schepekamps).
Married on 31‑10‑1811 in Arnhem to Aleida van den BOSCH (Alijda), born ±1783 in Arnhem, died on 27‑08‑1849 in Arnhem, daughter of Jan van den BOSCH, verwer, and Clasina (Klaasje) BOUWMAN.
From this marriage:
Geurt (Kamhorst), milicien bij infanterie (1831-1846), korporaal (1836), schoenmaker (1849(born on 09‑10‑1812 in Arnhem, died on 23‑07‑1849 in Arnhem/Renkum at the age of 36, ovl.datum volgens Arie Kamphorst 19-07-1849. Geurt werd op 12 maart 1831 als miliciën voor de tijd van 5 jaar ingedeeld bij de 3e Afdeling Infanterie, zijnde loteling van de lichting van 1831. Bij gelegenheid van de opstand in België werd hij van 1831 tot 1833 gelegerd in de vesting Den Bosch. Hij werd daar onderscheiden met het metalen kruis in 1832. Op 20 juli 1833 werd hij overgeplaatst "bij de staande armee", waar hij op 26 september 1833 werd bevorderd tot korporaal. Het signalement van Geurt Kamphorst bij zijn aankomst in het leger was als volgt: lengte 1 el, 6 palmen, 1 duim en 0 strepen, aangezicht rond, voorhoofd rond, ogen bruin, neus ordinair (dwz gewoon), mond ordinair, kin rond, haar en wenkbrauwen bruin, geen merkbare tekenen (dwz geen bijzondere lichaamskenmerken). Op 16 augustus 1835 werd Geurt "wegens verwonding" door de krijgsraad van het Provinciaal Kommando van Gelderland veroordeeld tot een gevangenisstraf van 3 maanden. Een degradatie tot soldaat volgde op 18 november 1837 en zijn ontslag uit de dienst op 24 oktober 1839. De oorzaak van deze dramatische wending van Geurt's militaire loopbaan is de vinden in de handelingen van de Krijgsraad te Arnhem. Op 12 juli 1835 zat Geurt met enkele kennissen een borrel te drinken en liederen te zingen in herberg De Wildeman in de Oeverstraat te Arnhem. In een andere hoek van de gelagkamer zong een groep ambachtsgezellen, meest van Duitse afkomst, Duitse liederen. Geurt werd hierdoor zo verstoord, dat hij zijn metgezellen voorstelde de ambachtslieden "bij de kop te vatten". Toen dezen daarop niet ingingen, trok Geurt zijn sabel en begon hij op de zingende personen in te houwen, waarbij hij enkelen verwondde aan hoofd en handen. Na zijn arrestatie kon Geurt ter verontschuldiging slechts "drift en drankbedwelming" aanvoeren. Getuigen verklaarden echter dat hij maar heel weinig gedronken had. Mogelijk was een wat te ver doorgevoerde vaderlandsliefde of vreemdelingenhaat de oorzaak van zijn onbesuisde optreden. Op 8 januari 1840 werd Geurt toch weer opnieuw als miliciën ingedeeld bij het 3e Regiment Infanterie voor de tijd van 4 jaar, deze keer als plaatsvervanger voor een andere dienstplichtige. Op 12 mei 1842 werd hij overgeplaatst "bij de staande armee", waar hij op 10 maart 1844 als miliciën werd geroyeerd en als vrijwilliger werd aangemerkt. "Wegens lichaamsgebreken en vallende ziekten, ontstaan in, doch niet door de dienst" werd Geurt op 5 oktober 1846 "gepasporteerd", dwz uit de dienst ontslagen. De dood van Geurt Kamphorst is vooralsnog mysterieus. Op 26-07-1849 ontving de Ambtenaar van de Burgerlijke Stand te Arnhem van de burgemeester van Renkum een extract uit het Register der Acten van Overlijden van de gemeente Renkum, waaruit blijkt dat Geurt in de gemeente Renkum is overleden tussen 19-07-1849 om 20.00 uur en 23-07-1849 om 19.00 uur. Kennelijk werd zijn lichaam pas enige tijd na zijn overlijden te Renkum gevonden.
Johanna Clasina (see also IXv).
Johan, born on 03‑06‑1818 in Arnhem, died on 25‑02‑1836 in Arnhem at the age of 17.
Jacob (Jacobus) (see also IXw).

VIIIm
Elisabeth KAMPHORST, dienstmeid (1819), dagloonster (1826), born ..‑11‑1780 in Arnhem, christened (NDG) on 02‑11‑1780 in Arnhem, died on 21‑12‑1861 in Worth Rheden, daughter of Geurt Reinders KAMPHORST (see also VIIf) and Grietje SCHEPERKAMP (Schepekamps).
Married (1) on 21‑07‑1819 in Arnhem to Antony de ROOS, landbouwer Rheden, born ±1758, died on 02‑04‑1823 in Rheden, son of Hendrik de ROOS and Geertruijda van ZADELHOFF.
Married (2) on 22‑10‑1826 in Arnhem to Theodorus PETERS, gepensioneerd militair, born ±1768 in Oosterbeek, died on 09‑07‑1858 in Rheden, son of Everardus PETERS and Jacomina EPPING.
From the first marriage:
Geurdina, born on 07‑09‑1820 in Rheden, died on 05‑10‑1820 in Rheden, 28 days old.

VIIIn
Gijsbert Gerritsen KAMPHORST, arbeider (1812), veldwachter en jachtopziener te Leusden (1809-1826) en daarna Amersfoort, landbouwer, born on 05‑11‑1774 in Houtdorp (Garderen), christened (NDG) on 06‑11‑1774 in Garderen, died on 23‑07‑1859 at 15.00 in Amersfoort at the age of 84, kon schrijven
In de overlijdensakte van Gijsbert stond dat hij landbouwer was en zijn overlijden werd ook aangegeven door 2 landbouwers, waarvan er een in Leusden woonde (afb. 5). Wellicht heeft hij na zijn pensionering als veldwachter het landbouwbedrijf opgevat. Nog in 1850 woonde hij te Amersfoort aan de Sint Andriesweg (At.4). Toen Gijsbert's dochter Martje in 1856 overleden was, moest er een boedelscheiding worden gemaakt tussen haar weduwnaar Jan van Ginkel en haar kinderen. De nagelaten gemeenschappelijke boedel van Martje en Jan bestond uit "de hofstede Het Lazarushuis of Melatenhuis aan de Hoogenweg te Amersfoort" (At.5) en roerende goederen ter waarde van fl. 701,95.
Son of Gerrit (Gaart) Reinders KAMPHORST (Gaart Reijndertsen Camphorst) (see also VIIg) and Hendrikje (Heintje) GIJSBERTS (Hentje van 't Drie).
Publication of the banns on 24‑10‑1806 in Voorthuizen, married at the age of 32 on 09‑11‑1806 in Voorthuizen (witness(es): G. Kamphorst), getrouwd door S.C. van der Hammen, predikant tot Nijkerk to Elbertje Breunissen van BOEGSCHOTEN (Elberta van Kommer(en)), 25 years old, landbouwster, born on 10‑05‑1781 in Hoevelaken, volgens bevolkingsregister Amersfoort geb. rond 1782 Hoevelaken, christened (NDG) on 13‑05‑1781 in Hoevelaken, volgens Arie Kamphorst ged. 10-05-1780, died on 08‑12‑1866 in Amersfoort at the age of 85, daughter of Breunis Teunissen van BOEGSCHOTEN (Boekschoten) and Aartje Teunissen BOEGSCHOTEN (Heintje Breunisse ?).
From this marriage:
Gerrit Gijsbertse (see also IXy).
Breunis Gijsberts (see also IXz).
Heintje Gijsberts, born on 10‑09‑1815 in Leusden (Veldweg 3), died on 26‑01‑1848 in Amersfoort at the age of 32.
Aartje Gijsberts, born on 29‑11‑1818 in Leusden (witness(es): Peter Smit, Gerrit Breunissen Kamerbeek), volgens bevolkingsregister geb. 29-11-1818, died on 09‑02‑1888 at 13.30 in Amersfoort at the age of 69.
Publication of the banns ..‑10‑1859 in Leusden, married at the age of 40 on 02‑11‑1859 in Leusden to Brand POTHOVEN, 40 years old, landbouwer, born on 24‑03‑1819 in Leusden, died on 07‑07‑1906 in Amersfoort at the age of 87, son of Reijer POTHOVEN, landbouwer, and Trijntje HEENEKAMP.
Martje (Martha) Gijsberts (see also IXaa).
Aart Gijsberts, born on 28‑09‑1824 in Leusden, died on 04‑11‑1826 at 08.30 in Leusden at the age of 2 (witness(es): Gijsbert Gerritse Kamphorst, veldwachter en Barend van Manen).

VIIIo
Reijntje (Rijntje) Gerritsen KAMPHORST (Heintje), born on 16‑08‑1776 in Garderen, Houtdorp, christened (NDG) on 18‑08‑1776 in Garderen, died on 24‑10‑1849 in Nijkerkerveen at the age of 73, daughter of Gerrit (Gaart) Reinders KAMPHORST (Gaart Reijndertsen Camphorst) (see also VIIg) and Hendrikje (Heintje) GIJSBERTS (Hentje van 't Drie).
Publication of the banns on 19‑03‑1802 in Nijkerk, church marriage at the age of 25 on 04‑04‑1802 in Nijkerk to Andries Harmsen van SOEREN (Andries Hermsen Buitenhuizen), 28 years old, daghuurder te Amersfoort (1802), born on 22‑02‑1774 in Amersfoort, christened ..‑02‑1774 in Zevenhuizen, died on 03‑04‑1829 in Nijkerk/Veen at the age of 55, son of Harmen Andriessen van ZOEREN and Geertruij Andriessen BUITENHUIS (Geertrui Aalten).
From this marriage:
Gerrit Andriessen, daghuurder, born ±1804 in Nijkerk, died on 06‑05‑1830 in Veen.
Geertruida Andriessen (Geertruij Harmsen), arbeidster, naaister, born ..‑11‑1805 in Nijkerk, christened (Herv.Gemeente) on 03‑11‑1805 in Nijkerk, died on 13‑01‑1883 in Nijkerk.
Married ca. 1848 to Gerrit Jansen van VANEVELD, landbouwer, born ±1796 in Nijkerk, died on 02‑10‑1870 in Veen, son of Jan JANNESEN and Trijntje HENDRIKSEN.
Harmen Andriessen, born on 16‑12‑1807 in Nijkerk, christened (Herv.Gemeente) on 27‑12‑1807 in Nijkerk.
Heijntje Harmsen, arbeidster, born on 24‑04‑1810 in Nijkerk, christened (Herv.Gemeente) on 06‑05‑1810 in Nijkerk, died on 18‑11‑1867 in Nijkerk at the age of 57.
Married at the age of 42 on 11‑08‑1852 in Nijkerk to Gerrit GULIKER, 43 years old, born on 27‑11‑1808 in Nijkerk, christened (Herv.Gemeente) on 04‑12‑1808 in Nijkerk, died on 07‑10‑1869 in Nijkerkerveen at the age of 60, buried ..‑10‑1869 in Nijkerkerveen, son of Willem GERRITSEN and Jannetje AARTS.
Aart (Aart Buitenhuis) (see also IXab).
Hermijntje Harmsen (see also IXac).
Geertje (see also IXad).

VIIIp
Gijsbertje (Gijsje) Gerritsen KAMPHORST, landbouwster, born on 13‑11‑1778 in Garderen, christened (NDG) on 15‑11‑1778 in Garderen, died on 10‑11‑1851 in Nijkerk, Veen at the age of 72, daughter of Gerrit (Gaart) Reinders KAMPHORST (Gaart Reijndertsen Camphorst) (see also VIIg) and Hendrikje (Heintje) GIJSBERTS (Hentje van 't Drie).
Publication of the banns on 29‑03‑1806 in Nijkerk, church marriage at the age of 27 on 16‑04‑1806 in Nijkerk (NDG) (witness(es): bruids ouders) to Hendrik Hendriksen van de HOEF (van der Hoef), landbouwer, daghuurder, born ±1782 in Nijkerk, died <1851, op 30-5-1821 overlijdt er in Nijkerk een Hendrik Verhoef. Zou dit Hendrik van der Hoef kunnen zijn ?
From this marriage:
Hendrik van der HOEF, born on 01‑02‑1807 in Nijkerk, christened (Herv.Gemeente) on 08‑02‑1807 in Nijkerk.
Married at the age of 26 on 28‑12‑1833 in Hoogland to Arrisjen van PUTTEN, born ±1810 in Amersfoort.
Hendrikje Hendriksen (Hendrikje van Doornik), dienstmeid, boerin, born on 24‑03‑1809 in Nijkerk, christened (Herv.Gemeente) on 16‑04‑1809 in Nijkerk, died on 07‑05‑1879 in Hoevelaken at the age of 70.
Married (1) at the age of 24 on 05‑12‑1833 in Hoevelaken to Hendrik Evertsen van DOORNIK, bouwman, born ±1781 in Nijkerk.
Married (2) at the age of 37 on 18‑04‑1846 in Hoevelaken to Hendrik Willemsen van KOOT, bouwman, born ±1798 in Barneveld.
Gerrit van der HOEF, arbeider, born on 18‑01‑1811 in Nijkerk, christened (Herv. Gemeente) on 10‑02‑1811 in Nijkerk, died on 18‑04‑1874 in Veen, Nijkerk at the age of 63.
Reijer (van der Hoeff), dagloner, born on 19‑10‑1812 in Nijkerkerveen, died on 13‑05‑1879 in Hoevelaken at the age of 66.
Married at the age of 37 on 08‑05‑1850 in Nijkerk to Evertje van MANEN, born ±1824 in Nijkerk.
Wijmpje Hendriksen van der HOEF, daghuurster, born on 18‑02‑1815 in Nijkerk, died on 02‑09‑1841 in Veen, Nijkerk at the age of 26.
Gijsbert van der HOEF (van de Hoef), dagloner, boerenknecht, born on 16‑08‑1817 in Nijkerk, died on 28‑01‑1867 in Hoevelaken at the age of 49.
Publication of the banns ..‑05‑1843 in Hoevelaken, married at the age of 25 on 08‑06‑1843 in Hoevelaken to Stijntje GRIFT, dienstmeid, born ±1821 in Hoevelaken, daughter of Elbert GRIFT and Willemtje GERRITS.
Hendrika HENDRIKSEN, landbouwster, born on 11‑08‑1819 in Nijkerk, died on 29‑10‑1885 in Nijkerk at the age of 66.
Married at the age of 60 on 11‑02‑1880 in Nijkerk to Jan NIJEBOER, 63 years old, landbouwer, daghuurder, opziener, jachtopziener, rijksveldwachter, hoofvelddwachter, born on 12‑04‑1816 in Horst, died on 27‑05‑1890 in Nijkerk at the age of 74, son of Eibert Evertsen NIJEBOER, landbouwer, and Jannetje Jansen BAST (Jannetje Jans Bark).

VIIIq
Hendrik Gerritsen KAMPHORST, daghuurder (Zwartebroek, 1809), journalier (Nijkerk bs. Holk, 1813), dagloner (Nijkerk bs. Appel, 1830), born on 03‑10‑1780 in Garderen, christened (NDG) on 08‑10‑1780 in Garderen, died on 04‑04‑1840 in Nijkerk (Appel) at the age of 59, son of Gerrit (Gaart) Reinders KAMPHORST (Gaart Reijndertsen Camphorst) (see also VIIg) and Hendrikje (Heintje) GIJSBERTS (Hentje van 't Drie).
Publication of the banns <1806 in Voorthuizen, church marriage <1806 in Voorthuizen to Cornelisje (Knelisje) Lammerts van de KUILEN, spinster, born on 13‑05‑1775 in Zwartebroek, christened (NDG) on 21‑05‑1775 in Voorthuizen (witness(es): Jantje Teunisse), died on 28‑10‑1854 in Veen at the age of 79, daughter of Lammert JANSSEN and Aaltje WOUTERS.
From this marriage:
Lammert Hendriksen (see also IXaf).
Aaltje Hendriksen (see also IXag).
Gerritje Hendriksen, born on 16‑10‑1815 in Appel, died on 23‑06‑1816 in Nijkerk, 251 days old.
Geurtje Hendriksen, born on 16‑10‑1815 in Appel, died on 25‑10‑1816 in Nijkerk at the age of 1.
Gerrit Hendriksen, kanonnier, born on 29‑11‑1818 in Nijkerk, died on 07‑10‑1855 at 12:30 in Leiden at the age of 36 (witness(es): Jan Kleevens, 23 jr., korporaal, Jacobus Hendrik Kerrel, 23 jr., fuselier).

VIIIr
Steventje Gerritsen KAMPHORST (Steventje Geurts Camphorst), arbeidster, born on 27‑08‑1782 in Garderen (Houtdorp), christened (NDG) on 01‑09‑1782 in Garderen, died on 17‑02‑1856 in Putten (Huinen) at the age of 73, daughter of Gerrit (Gaart) Reinders KAMPHORST (Gaart Reijndertsen Camphorst) (see also VIIg) and Hendrikje (Heintje) GIJSBERTS (Hentje van 't Drie).
Publication of the banns on 03‑04‑1808 in Putten, married at the age of 25 on 18‑04‑1808 in Putten (witness(es): Wolbert Maassen) to Maas Wolven van den HOORN (Maas Wolbersen, Wolbertsen), 26 years old, rietdekker (1808), arbeider, born on 06‑08‑1781 in Voorthuizen, christened on 19‑08‑1781 in Voorthuizen (witness(es): Brantje Jans), died on 13‑02‑1845 in Putten (bs Huinen) at the age of 63 (witness(es): Roelof Posthouwer, Rudolph Gans), son of Wolbert Maassen van den HOORN, dagloner,rietdekker, and Bija (Bietje) JANS (Riekje).
From this marriage:
Gerrit Wolbertsen (see also IXai).
Hendrikje (Hientje) WOLBERSEN, born on 30‑12‑1814 in Putten, Koudhoorn, christened (NDG) on 22‑01‑1815 in Putten, died on 26‑11‑1822 in Huinen at the age of 7.
Bija (Bia) Wolbertsen (see also IXaj).

VIIIs
Gerrit Gerritsen KAMPHORST, bouwmansknecht (Putten 1812), stro- en rietdekker (Nijkerk bs Appel, 1821, Zwartebroek 1831-1848), miliciën (1812-1819), deelnemer aan de veldtocht in Frankrijk als flankeur (1815), born on 03‑09‑1791 in Putten (Koudhoorn), christened (NDG) on 05‑09‑1791 in Putten, volgens doopregister Putten ged. 11-09-1791, died on 04‑10‑1850 in Zwartebroek at the age of 59, kon niet schrijven, neemt op 16-09-1812 de geslachtsnaam Kamphorst aan (Register van aangenomen geslachtsnamen Nijkerk en Putten)
Gerrit werd 12 september 1844 veroordeeld wegens het doorsteken van de wal van de beek (register huis van bwaring Barneveld).
Gerrit werd als dienstplichtig militair op 21-03-1812 ingedeeld bij het 5e Bataillon Infantrie. Hij was daar fuselier. Toen hij op 10-05-1819 door de Colonel Commandant van de 7e afdeling van de Nationale Militie met groot verlof werd gezonden, stond hij in de ontslagbrief te boek als flankeur bij het 2e Bataillon.
In 1815 nam hij deel aan "de veldtocht naar Frankrijk". Dit moet wel de veldtocht zijn waarbij Napoleon Bonaparte definitief werd verslagen in de slag bij Waterloo. Het is niet duidelijk aan welke kant Gerrit toen gevochten heeft. Bij zijn huwelijksbijlagen zat nl. behalve de bovengenoemde ontslagbrief ook een in het Frans gesteld "Congé définitif accordé au Bataiilon".
Na zijn afzwaaien als militair trouwde Gerrit met Stijntje Jans Groenesteen. Zij was een dochter van de pachter van de boerderij Peppelboom in de buurtschap Spriel van de gemeente Putten (Pn.5). Deze mooie boerderij lag ongeveer een kilometer verwijderd van Gerrit Gerritsen's geboortehuis te Koudhoorn en de bijbehorende landerijen grensden aan de bezittingen van Gerrit's zuster Steventje. De boerderij Peppelboom is goed bewaard gebleven en is in 2001 door de eigenaren overgedragen aan Staatsbosbeheer (afb.8). Gerrit Gerritsen en Stijntje Jans woonden vanaf 1819 te Appel en vanaf 1820 te Zwartebroek, vermoedelijk in huurhuizen, maar de exacte locaties van deze huizen zijn ons niet bekend. Wel weten wij dat Gerrit in 1846 te Zwartebroek een groot perceel woeste grond op veen pachtte (Vn.3). Mogelijk was dit perceel begroeid met riet, dat hij nodig had voor de uitoefening van zijn rietdekkersbedrijf. Op 19 april 1893 overleed te Nijkerk ene Teunis van Essen. Hij was een rijk man, wiens nalatenschap in totaal fl. 8647,-- opbracht. ijn enige erfgenamen waren neven en nichten of hun kinderen en kleinkinderen, De kinderen van Gerrit Gerritsen Kamphorst en Stijntje Jans waren "neven en nichten in de moederlijke lijn", wat inhoudt dat de moeder van Teunis van Essen een zuster was van Gerrit Gerritsen of van Stijntje Jans. Gerrit Gerritsen's kinderen Gijsbert en Heintje erfden elk 1/12-de deel van de nalatenschap. Geertje's kinderen elk 1/48-ste deel en Aart Jan's kinderen elk 1/96-ste deel.
Son of Gerrit (Gaart) Reinders KAMPHORST (Gaart Reijndertsen Camphorst) (see also VIIg) and Hendrikje (Heintje) GIJSBERTS (Hentje van 't Drie).
Publication of the banns on 23‑05‑1819 in Nijkerk, married at the age of 27 on 22‑06‑1819 in Nijkerk (witness(es): Evert Aartsen van Twiller, Jan Aartsen van Twiller, Jacob Diedrich, Evert van den Bor) to Stijntje Jans GROENESTEEN (Steijntje Wever, Stientje Groeneveld), 27 years old, dagloonster, born on 05‑01‑1792 in Putten (bs Spriel in boerderij Peppelboom), christened (NDG) on 05‑01‑1792 in Putten, died on 11‑10‑1855 in Zwartebroek at the age of 63, daughter of Jan TEUNISSE (Jan Jans), arbeider, and Geertje (Gerritje) JACOBS, daghuurster.
From this marriage:
Gerrit (Gerrit Jansen), rietdekker, born on 29‑09‑1818 in Nijkerk, died on 18‑02‑1839 in Voorthuizen, Zwartebroek at the age of 20.
Geertje (Gerritje) (see also IXak).
Heintje (Steintje) (see also IXal).
Aart Jan (Arend Jan) (see also IXam).
Jannetje Gerritsen, born on 27‑12‑1826 in Nijkerk (Appel), volgens Wilko Kamphorst geb. 26-12-1826, died on 05‑01‑1827 in Nijkerk, 9 days old.
Jannetje, born on 11‑05‑1828 in Nijkerk, died on 04‑02‑1831 in Voorthuizen, Zwartebroek at the age of 2.
Gijsbertus (Gijsbert) (see also IXan).
Jan, born on 29‑01‑1835 in Voorthuizen, bs. Zwartebroek, died on 19‑03‑1840 in Voorthuizen, Zwartebroek at the age of 5.

VIIIt
Reindert CAMPHORST (Rijndert Kamphorst), landbouwer, born on 24‑01‑1780 in Putten, christened (NDG) on 30‑01‑1780 in Putten, died on 03‑09‑1848 at 02.00 in Putten at the age of 68 (witness(es): Fredrik Bakker, Jan Grift), in de huwelijksacte nr. 12 BS Putten van 1860 van zoon Hendrikus wordt aangegeven dat er bij het overlijden van Reindert een verschrijving van de achternaam heeft plaatsgevonden (Kamphorst i.p.v. Camphorst). Toen Reindert op 25 april 1835 in het gemeentehuis van Ermelo de geboorte van zijn zoon Hendrikus aangaf, werd in de geboorteakte de familienaam van Reindert en Hendrikus met een C geschrven, Reindert zelf ondertekende de geboorteakte ook met R. Camphorst (afb. 5). Het gevolg hiervan is dat ook alle nakomelingen van Hendrikus als Camphorsten te boek staan. Dit neemt niet weg dat in de overlijdensacte van Reindert zijn weer abusievelijk met een K geschreven stond.
Reindert's dochter Berendje was in 1893 met haar kinderen betrokken bij de scheiding van de boedel van haar overleden man Philip van Rootselaar. De nalatenschap bestond uit "een bouwmanswoning met berg, plaats, erf en tuin, groot 2 ha, 98 aren en 80 ca, gelegen in de polder Duist te Hoogland. Daarnaast waren er in de nalatenschap nog "3 kampen lands aan de straatweg van Bunschoten naar Hoogland, groot 3 ha, 65 aren en 10 ca." Reindert's dochter Lubbertje trouwde met de rijke weduwnaar en grondeigenaar Aalt van de Poll. Zij trouwden buiten gemeenschap van goederen. Er werd echter bepaald dat Lubbertje de helft van Aalt's bezittingen zou erven indien zij bij Aalt's overlijden kinderen had. In afwezigheid van kinderen zou zij niets erven maar wel het vruchtgebruik krijgen van Aalt's gehele nalatenschap. Lubbertje kreeg weliswaar Aalt 6 kinderen, maar die stierven allen op heel jonge leeftijd en voordat Aalt zelf overleed. Een groot gedeelte van Aalt's bezittingen, waaronder het goed genaamd De Kievit en het bos genaamd De Roosenhoef in de buurtschap Dasselaar, werd verkocht door zijn erfgenamen, de kinderen van zijn vooroverleden broer. De verkoop had een opbrengst van fl. 4150,-- die belegd werd in de "grootboeken der Nationale Schuld". Andere onroerende goederen werden verpacht of in erfpacht gegeven, waardoor Lubbertje en extra inkomen kreeg van fl. 524,-- per jaar. Dit betrof bouwland, waaronder 23 percelen "rond haar huis op den Kamp", 3 percelen aan de Weversteeg bij het dorp Putten, 2 percelen genaamd Het Slonsje, 5 percelen "op den Eng" en een perceel in de buurtschap Steenkamer. Ook hield Lubbertje gronden in eigen beheer. Zo verkocht zij van 1880 tot 1886 telkenjare in juni het voorgras van de weilanden van De Engen voor fl. 86,-- tot fl. 138,-- en in 1883 de naweide van graslandpercelen De Molenaar, De Kamp en De Bunt voor in totaal fl. 189,--. In 1884 hield zij een publieke verkoping van hakhout te Huinen voor fl. 131,-- en hakhout om De Kamp bij haar huis voor fl. 138,--. Na het overlijden van Lubbertje in 1892 werd een beschrijving gemaakt van de roerende goederen in haar huis aan de Kelnaarsteeg op de Kamp. Bij de verdeling van deze goederen waren, behalve de neven en nichten van Aalt van de Poll, 16 Kamphorsten betrokken. Uit de beschrijving blijkt dat het huis bestond uit een kamer aan de gang, een kamer aan de steeg, een keuken, een kelder, een kamer op de deel, een mangelkamer en een deel. Pronkstuk in de kamer aan de gang was een kabinet van opgelegd eikenhout ter waarde van fl. 70,--, waarin zich behalve kleding een kerkboek met zilveren sluiting, een flacon met gouden dop en een revolver met patronen bevonden. Daarnaast was er o.a. een mahoniehouten huisorgel (fl.60,--), een Friese staartklok (fl 7,50), een vuurplaat en een bedstee met toebehoren. In de kamer aan de steeg vond men o.a. een mahoniehouten glazenkast (fl. 50,--), rolmutsen, dozen met mutsen en linten, ornamenten en snuisterijen. Lubbertje hield kennelijk van vogels, want in de gang hing een kooi met een duig en een kooi met een kanarievogel. Ook was zij gek op schilderijen, want zelfs in de keuken hingen er 12 (samen fl. 5,--). De keuken was een eetkeuken, want er stond een tafel met 5 stoelen. Daarnaast was er een schouw met turfbak, vuurpotten, doofpot, stoven, blaaspijp, vuurschop, vuurhaal, vuurlepeltje, keuken- en eetgerei, waterketel en koffiemolen. In de schouw hingen greookt vlees en worsten. De kelder werd gebruikt voor de opslag van voedingsmiddelen. Er lagen aardappelen en wortelen en er stonden potten met ingemaakte groenten en pekelvlees. Lubbertje was niet zelf actief als boerin, want het enige vee op de deel bestond uit 2 geiten en een varken en aan oogstproducten lag er wat gedorste rogge en boekweit, hooi en roggestro. Ook was er turf en brandhout. De totale waarde van de inboedel, gecorrigeerd voor vorderingen en schulden, werd geschat op fl. 1477,--. Bij een openbare verkoping brachten de roerende goederen echter slechts fl. 717,65 op. Op een notariele acte uit 1890, waarin de verkoop van het huis De Kievit werd vastgelegd, stonden de handtekeningen van de meeste kinderen en van enkele kleinkinderen van Reindert (afb. 6).
Son of Berend (Beert) Reinders KAMPHORST (Beert Camphorst) (see also VIIi) and Helena (Lena) Harmse STRUYS.
Married at the age of 30 on 03‑04‑1810 in Ermelo, volgens Wilko Kamphorst gehuwd d.d. 01-04-1810 to Bartje Gerrits van de VIJVER, 22 years old, born on 10‑02‑1788 in Ermelo, volgens familysearch geb. 10-02-1787, christened (NDG) on 22‑02‑1788 in Ermelo, died on 15‑07‑1861 in Nijkerk, bs. Kwadenbeek at the age of 73, overleden 15-06-1861 te Putten ?? Daughter of Gerrit Harmsen and Lubbertje EVERTS.
From this marriage:
Gerrit KAMPHORST (see also IXao).
Leentje (Helena) KAMPHORST (see also IXar).
Harmen (Hermen) KAMPHORST (see also IXas).
Evert KAMPHORST (see also IXau).
levenloos KAMPHORST, born on 09‑03‑1826 in Ermelo, died on 09‑03‑1826 in Ermelo, 0 days old.
Gerritje KAMPHORST (see also IXaw).
Geertruida KAMPHORST (see also IXax).

VIIIu
Herremijntje Berends KAMPHORST (Hermina, Harmijntje), dienstbode, born on 20‑01‑1787 in Putten, christened (NDG) on 28‑01‑1787 in Putten, died on 26‑08‑1846 in Nijkerk at the age of 59, daughter of Berend (Beert) Reinders KAMPHORST (Beert Camphorst) (see also VIIi) and Helena (Lena) Harmse STRUYS.
Married at the age of 35 on 08‑05‑1822 in Amsterdam to Wijne Gerritsen KROES (Wijnen Wijnen), 29 years old, schipper, born on 03‑08‑1792 in Doornspijk, died on 03‑09‑1857 in Nijkerk at the age of 65, son of Gerrit Wijnen KROES and Aartje Cornelis HULLEMAN.
From this marriage:
Gerrit Pieter (see also IXaz).
Barend (see also IXba).
Aartje, born on 08‑10‑1828 in Nijkerk, died on 30‑09‑1850 in Nijkerk at the age of 21.
Leentje, born on 08‑03‑1831 in Nijkerk, died on 03‑11‑1906 in Den Helder at the age of 75.
Married at the age of 28 on 04‑05‑1859 in Amersfoort to Gerrit WIJNANDS, 29 years old, opzichter, born on 10‑07‑1829 in Amersfoort, died on 17‑08‑1893 in Assen at the age of 64.

VIIIv
Evert Beertsen KAMPHORST (Evert Camphorst), bouwmansknecht, landbouwer, papiermakersknecht, born on 06‑04‑1790 in Putten, Dorp, christened (NDG) on 11‑04‑1790 in Putten, died on 09‑08‑1826 in Leuvenum at the age of 36. Evert Beertsen neemt op 12-08-1812 officieel de naam Kamphorst aan (Geslachtsnaamregister Ermelo), son of Berend (Beert) Reinders KAMPHORST (Beert Camphorst) (see also VIIi) and Helena (Lena) Harmse STRUYS.
Married at the age of 21 on 12‑01‑1812 in Putten, church marriage on 04‑01‑1812 in Putten to Dirkje (Derkje) Peelen de MOTS, 26 years old, landbouwster, daghuurster, born on 14‑11‑1785 in Putten, boerderij de Rosenhoef, christened (NDG) on 20‑11‑1785 in Putten, died on 28‑02‑1860 in Ermelo at the age of 74, daughter of Peel Lubbertsen de MOTS and Willempje Jansen STOFFELS (van de Essenburg).
From this marriage:
Peel, born on 17‑01‑1813 in Putten, Norden, christened (NDG) on 20‑01‑1813 in Putten, died on 12‑09‑1826 in Ermelo-Leuvenum at the age of 13.
Beert (see also IXbb).
Willem (see also IXbc).
Harmen, boerenknecht in Harderwijk, Barneveld, born on 12‑11‑1818 in Putten, christened (NH) ..‑04‑1851 in Ermelo, died on 05‑05‑1867 in Ermelo-Horst at the age of 48, ook vermeld in BS Harderwijk, aktenr. 53.
Leentje, born on 01‑10‑1820 at 20.00 in Putten (witness(es): Gerrit Wolbersen, 30 jr., kleermaker, Aart Doppenberg, 49 jr., veldwachter), christened (NDG) on 22‑10‑1820 in Putten, died on 25‑07‑1823 in Leuvenum at the age of 2.
Lubbertje (see also IXbd).
Reindert, born on 22‑02‑1825 in Ermelo-Leuvenum, died on 05‑03‑1825 in Ermelo-Leuvenum, 11 days old.
Reindert (see also IXbe).

VIIIw
Gerrit KAMPHORST, landbouwknecht (1813), milicien (1814), boerenknecht (1818), kleermaker (1819, 1832), winkelier (1840, 1874), born on 19‑05‑1793 in Putten, christened (NDG) on 26‑05‑1793 in Putten, died on 07‑01‑1874 in Nijkerk at the age of 80. Bregje Melissen-Kamphorst, een achter-achter-kleinkind van Gerrit senior, schreef ons vanuit Canada dat de familie Kamphorst volgens de overlevering dichtbij Nijkerk aanvankelijk een stoeterij bezeten zou hebben. Deze stoeterij, waar paarden verwisseld konden worden en reizigers konden overnachten, zou in haar herinnering "Spocht Oeren" of "Spocht Hoorn" geheten hebben. Op de Topografische en Militaire Kaart van Nederland van 1860 (Nk.1) en de Historische Atlas van Gelderland staat wel een veldnaam Spogh bij de buurtschap Diermen (Nk.1). Aangezien Gerrit in 1818 boerenknecht was te Diermen, is het mogelijk dat hij daar in een stoeterij met de naam Spogh gewerkt heeft. Spogh lag dicht bij de postroute van Amersfoort naar Zwolle en kan dus heel goed gefungeerd hebben als pleisterplaats voor de postkoetsen, die deze afstand in ongeveer 6 uur konden afleggen. In 1838 kocht Gerrit senior, die toen al winkelier was, 3 huizen onder 1 dak met een erf en een bleekveldje. De huizen stonden op de hoek van Het Verlaat en Het Plein en grensden "westwaarts aan de beek en noordwaarts aan het Plein" (Nk.5). Inbegrepen in de koop was "de mede-eigendom voor de geregte helft" van de pomp op het terrein van een buurman. De koopprijs was fl. 1300,-- waarvan fl. 300,-- contant werd betaald en fl. 1000,-- werd geleend tegen een rente van 4%.
 
Bij zijn inschrijving als milicien werd het volgende signalement van Gerrit senior opgemaakt : lengte 5 voet 7 duim 2 streek, aangezichtg dik, voorhoofd hoog, ogen blauw, neus plat, mond ordinair (d.w.z. gewoon), kin rond, haar en wenkbrauwen blond. Hij vervulde zijn militaire dienstplicht eerst bij het 5e bataillon van de 7e afdeling infanterie. Op 4 maart 1814 werd hij daar bevorderd tot fusilier en op 1 augustus 1814 tot korporaal. Op 31 december 1814 ging hij over naar de marine.
 
In 1840 verkocht Gerrit senior één van zijn 3 huizen, nl. "het huis op de hoek van 't Plein het het Verlaat aan de beek". Er werd daarbij afgesproken dat er een schutting zou komen tussen het erf van Gerrit en dat van de koper. De verkoopprijs was fl. 500,--. Gerrit senior was in 1846 lid van het College van Diakenen van de Hervormde Gemeente te Nijkerk. In die functie was hij o.m. betrokken bij het verpachten en bij de koop en verkoop van onroerende goederen van de kerk. Na het overlijden van Gerrit senior's vrouw Jannetje van Norden, met wie hij zonder huwelijkse voorwaarden getrouwd was, werd een beschrijving van de gemeenschappelijke boedel opgemaakt. Hierop stonden de handtekeningen van Gerrit en zijn kinderen. Interessant in de boedelbeschrijving is vooral de inventaris van de kleermakerswinkel, die voor meer dan fl. 10.000,-- aan stoffen omvatte. Hieronder waren o.m. 2443 ellen linnen, 3989 ellen katoen en 2650 ellen modestof. Andere stoffen in de winkel waren molton, boezeroenstof, chelas, loostijk, diement, neteldoek, duffel, bevertijn, macnhester, pilow, baai, biver, buckskin, parmatta, orleans, merconos, flanel, laken, kant en broekstof. Er waren ook veel "gemaakte stoffen", waaronder 20 boezeroenen, 295 cornetten, bodemmutsen en andere mutsen, molton dekens, corsetten, paardedekken, kousen, moffen, bonfantes, borstrokken en wanten.
Uit de boedelbeschrijving blijkt verder dat het huis bestond uit een winkel twee voorkamers, een keuken, een kelder met daarboven een "kelderkamertje", een achterkamertje, een zolder en een achterhuis. Het huis was sober ingericht met de meest noodzakelijke huishoudelijke artikelen. De waarde van de winkelinventaris werd geschat op fl. 10.909,-- en van andere roerende zaken op fl. 470,--. Daarnaast waren er fl. 3.649,-- aan tegoeden en fl. 4.489,-- aan schulden, zodat de totale waarde van de inventaris werd geschat op fl. 10.539,--.
 
In 1869 verkocht Gerrit senior aan zijn zoon Gerrit en zijn dochter Cornelia "het vroeger in 2 woningen verdeelde huis met erf en bleekveldje aan het marktplein, met de helft van een pomp op het erf van buurman Cornelis Prins". De verkoopprijs was fl. 1800,-- waarvan een gedeelte verrekend werd met vorderingen wegens achterstallig loon van de kopers. Gerrit senior mocht in de helft van het huis blijven wonen tegen een huur van fl. 110,-- per jaar.
 
In 1870 maakten Gerrit junior en zijn zuster Cornelia gelijkluidende testamenten waarin zij elkaar tot erfgenamen van hun gehele nalatenschap benoemden. Hieraan werd de verplichting verbonden om aan hun vader, in plaats van diens wettelijk erfdeel, een achtste van het zuiver saldo van de nalatenschap uit te keren.
In 1884 legden Gerrit junior en Cornelia notarieel vast dat zij tezamen een winkelbedrijf uitoefenden aan het marktplein. Zij verklaarden dat zij in dit bedrijf een huishouding voor gemeenschappelijke rekening hadden gevoerd. De gemeenschappelijke boedel omvatte de inboedel, de winkelgoederen, de winkelopstand, de schuldvorderingen van het bedrijf en het huis met erf en het bleekveldje. De totale waarde hiervan werd geschat op fl. 2800,--. Daarnaast was er "een som in contanten, uit winsten van het bedrijf voortspruitende, van meer dan fl. 2800,--". De boedel werd verdeeld, waarbij Gerrit de goederen en schuldvorderingen behield en Cornelia fl. 2800,-- in contanten kreeg. Eveneens in 1884 werden huwelijkse voorwaarden overeengekomen tussen Cornelia Kamphorst, winkelierster en bruid, en Wouteris van Dijkhuizen, timmerman en bruidegom. Hierin werd vastgelegd dat in de gemeenschap van goederen "de man gerechtigd is voor een vierde en de vrouw voor drie vierde". Mocht Cornelia eerts overlijden, dan zou Wouterus het vruchtgebruik krijgen van een derde van haar nalatenschap.
 
In 1890 bepaalde Gerrit junior in een testament dat de erfenis, die zijn zuster Cornelia van hem zou krijgen, niet mocht vallen in de gemeenschap van goederen van haar en haar echtgenoot Wouterus van Dijkhuizen. Hij benoemde zijn broer Evert en de winkelier Lubbert Klarenbeek tot beheerders van deze erfenis. Eveneens in 1890 benoemde Cornelia Kamphorst haar echtgenoot Wouterus van Dijkhuizen tot enige erfgenaam. Zij legateerde echter aan haar wettige erfgenamen tezamen een bedrag van fl. 4.000,-- dat door Wouterus aan hen zou worden uitbetaald. In 1901 en 1905 legde Gerrit junior in 2 opeenvolgende wilsbeschikkingen vast hoe zijn nalatenschap verdeeld zou moeten worden onder zijn erfgenamen. Zijn broer Evert en diens zoon Gerrit zouden elk de helft erven. Hierbij werden echter legaten vastgelegd voor al zijn neejes en nichtjes en voor de diaconie van de Nederlands Hervormde Gemeente, alsmede het vruchtgebruik van fl. 4.000,-- voor zijn zuster Cornelia.
Son of Berend (Beert) Reinders KAMPHORST (Beert Camphorst) (see also VIIi) and Helena (Lena) Harmse STRUYS.
Publication of the banns on 04‑01‑1818 in Putten, married at the age of 24 on 17‑01‑1818 in Putten (witness(es): Jan van de Poll, Evert Kamphorst, Gerrit Woutersen (?), Aart Tiemensen) to Jannetje Wouters van NORDEN, 20 years old, born on 07‑12‑1797 in Putten, Nieuwe Beek, 26-06-1797 ? Christened (NDG) on 10‑12‑1797 in Nijkerk, died on 02‑06‑1869 in Nijkerk at the age of 71, daughter of Wouter Cornelissen van NORDEN and Hendrikje Janzen KRAAIJ.
From this marriage:
Hendrikje (see also IXbf).
Beert (Bart) (see also IXbg).
Wouter (see also IXbh).
Reindert (Reinhard) (see also IXbi).
Hermanus, kleermaker, born on 21‑07‑1826 in Nijkerk, died on 04‑01‑1870 in Zutphen at the age of 43, ovl. in krankzinnigengesticht Zutphen, wijk A nr. 180.
Helena, born on 08‑12‑1828 in Nijkerk, died on 08‑06‑1852 in Nijkerk at the age of 23.
Cornelia, arbeidster (1860), born on 12‑02‑1832 in Nijkerk, died on 22‑03‑1906 in Nijkerk at the age of 74.
Married at the age of 52 on 02‑04‑1884 in Nijkerk to Wouterus van DIJKHUIZEN, 25 years old, timmerman, born on 10‑02‑1859 in Nijkerk, died on 24‑01‑1935 in Nijkerk at the age of 75, son of Jan Aalberts van DIJKHUIZEN, timmerman, and Hendrika van HENNEKELER.
Evert (see also IXbj).
Gerrit, born on 25‑04‑1840 in Nijkerk, died on 20‑09‑1906 in Nijkerk at the age of 66.

VIIIx
Aardje Egberts AALBERTS (Aartje van Wenum), huiswerkdoende, born on 13‑01‑1804 in Apeldoorn, christened on 22‑01‑1804 in Apeldoorn, died on 26‑03‑1879 in Apeldoorn at the age of 75, daughter of Egbert Gerrit AALBERTS (Egbert Aalbers Kamphorst, Egbert Aalberts van Weenum), 1814 dagloner, 1835 arbeider, 1839 landbouwer, and Maria Teunissen KAMPHORST (see also VIIk).
Married at the age of 28 on 27‑04‑1832 in Apeldoorn to Jan Stoffels PANNENKOEK, papiermaker, born ±1793 in Beekbergen, son of Harmen Stoffels PANNENKOEK and Witteveen ANNEKEN.
From this marriage:
Maria Annetje, born on 20‑03‑1833 in Apeldoorn.
Herman Stoffels, born on 04‑04‑1835 in Beekbergen.
Anna Maria, born on 15‑07‑1837 in Apeldoorn.
Harmen, born on 12‑03‑1840 in Apeldoorn.
Egberd, born on 16‑12‑1841 in Apeldoorn.
Hermiena Johanna, born on 09‑03‑1845 in Apeldoorn.

VIIIy
Teunis Aalberts KAMPHORST van WEENUM (Teunis Kamphorst Aalbers, Teunis van Wenum), boerenknecht, landbouwer, born on 29‑10‑1808 in Apeldoorn, christened on 06‑11‑1808 in Apeldoorn, vermeld als Teunis Kamphorst, died on 13‑12‑1883 in Apeldoorn at the age of 75, son of Egbert Gerrit AALBERTS (Egbert Aalbers Kamphorst, Egbert Aalberts van Weenum), 1814 dagloner, 1835 arbeider, 1839 landbouwer, and Maria Teunissen KAMPHORST (see also VIIk).
Married at the age of 30 on 26‑04‑1839 in Apeldoorn to Fenneken LAMMERS, 22 years old, huiswerkdoende, born on 07‑04‑1817 in Wilp, daughter of Hendrikus LAMMERS, landman, and Willemina AALPOEL, landvrouw.
From this marriage:
Willemina Maria van WEENUM, daghuurster, born ±1836 in Apeldoorn, died <1842.
Maria van WENUM, born on 20‑06‑1840 in Apeldoorn.
Evert van WENUM, daghuurrder, born on 07‑09‑1846 in Apeldoorn, died on 19‑04‑1872 in Wilp at the age of 25.

VIIIz
Aalbert Aalberts van WEENUM, kastelein, landbouwer, born on 20‑12‑1810 in Apeldoorn, christened (NDG) on 13‑01‑1811 in Apeldoorn, son of Egbert Gerrit AALBERTS (Egbert Aalbers Kamphorst, Egbert Aalberts van Weenum), 1814 dagloner, 1835 arbeider, 1839 landbouwer, and Maria Teunissen KAMPHORST (see also VIIk).
Married (1) at the age of 32 on 21‑10‑1843 in Diepenveen to Aperina Gesiena Catharina EVERS, born ±1818 in Winterswijk, died <1849, daughter of Geert Engelinus EVERS, belastingambtenaar, and Hendrika BOSCH.
Married (2) at the age of 39 on 10‑10‑1850 in Diepenveen to Berendina van LEIJEN, 38 years old, born on 09‑04‑1812 in Apeldoorn, daughter of Johannes van LEIJEN, logementhouder, and Driesje BARENDS.
From the first marriage:
Hendrika Maria (see also IXbm).

VIIIaa
Annetjen Aalberts KAMPHORST, dienstmeid, born on 08‑09‑1814 in Apeldoorn, died on 27‑03‑1882 in Wengelo (Wijhe) at the age of 67, daughter of Egbert Gerrit AALBERTS (Egbert Aalbers Kamphorst, Egbert Aalberts van Weenum), 1814 dagloner, 1835 arbeider, 1839 landbouwer, and Maria Teunissen KAMPHORST (see also VIIk).
Married at the age of 28 on 27‑04‑1843 in Wijhe to Gerrit KROL, landbouwer, born ±1817 in Wijhe, died ±1882 in Wijhe, son of Steven KROL and Arendjen KRANGERS.
From this marriage:
Steven, born ±1845 in Wijhe, died on 16‑02‑1911 in Ancum.
Gerrit Jan (see also IXbn).
Hermanus (see also IXbo).
Gerrigje, born ±1857 in Wijhe, died on 11‑05‑1942 in Wijhe.

VIIIab
Janna Berends KAMPHORST (Johanna Kamphuis), born on 03‑03‑1785 in Wiesel, christened (NDG) on 06‑03‑1785 in Apeldoorn (witness(es): Geertje Poll), died on 20‑12‑1850 in Ede at the age of 65, daughter of Berend Gerrits KAMPHORST (see also VIIm) and Willempje Jans POL (Pols, Poll).
Publication of the banns on 04‑04‑1806 in Apeldoorn, church marriage at the age of 21 on 27‑04‑1806 in Apeldoorn (NDG) to Aalbert Riksen van de ELSKAMP, bakker, born ±1774 in Ede, christened ±1774 in Ede, died on 08‑01‑1842 in Ede, son of Rik Hendriksen van den ELSKAMP and Hendrikje (Heintje) WILLEMSEN.
From this marriage:
Hendrika Riksen, born on 20‑09‑1808 in Apeldoorn, christened (NDG) on 25‑09‑1808 in Apeldoorn, died on 14‑10‑1865 in Ede at the age of 57.
Publication of the banns ..‑04‑1839 in Ede, married at the age of 30 on 11‑05‑1839 in Ede to Wouter van de CRAATS, born ±1809 in Ede, christened ±1809 in Ede, son of Rik van de CRAATS and Hendrikje PETERSEN.
Willemina (Willemijntje) Riksen, born on 15‑09‑1810 in Bennekom, died on 28‑02‑1812 in Bennekom at the age of 1.
Rijk, bakker, born on 22‑08‑1812 in Bennekom.
Married at the age of 25 on 26‑07‑1838 in Arnhem to Johanna van HUET, dienstbode, born ±1811 in Herwen.
Wilhelmina, born on 29‑05‑1814 in Bennekom, died on 07‑09‑1815 in Bennekom at the age of 1.
Beerend, born on 11‑02‑1818 in Ede, died on 21‑02‑1844 in Ede at the age of 26.
levenloos, born on 29‑06‑1821 in Bennekom, died on 29‑06‑1821 in Bennekom, 0 days old.

VIIIac
Gerrit Berends KAMPHORST, arbeider (1811), voerman Deventer (1815), landman Apeldoorn (1828, 1834), herbergier (1830), landbouwer met dienstmeid huis 497a Apeldoorn (±1835), logementhouder Apeldoorn (1837), herbergier met 2 knechten en 2 meiden in huis L23 Het Loo (±1845), born on 20‑12‑1786 in Wiesel, christened (NDG) on 24‑12‑1786 in Apeldoorn, died on 10‑01‑1837 in Apeldoorn at the age of 50, bezat ±1832 te Het Loo, aan weerzijden van de weg naar Zwolle, ±5 ha bouwland, ±1,75 ha weiland, ±0,5 ha hakhout en 2 huizen met erf en tuin. (bron: Kadastrale Atlas Gelderland 1832, deel Apeldoorn)
In augustus 1811 werd te Apeldoorn een in het Frans gesteld persoonsbewijs afgegeven voor de 24-jarige arbeider Gerrit Kamphorst. Als signalement werd daarin opgegeven lengte 169,4 cm, haar en wenkbrauwen bruin, aangezicht ovaal, neus gewoon, ogen blauw, mond gemiddeld (dwz niet groot of klein), kin rond. Dit persoonsbewijs, waarop ook Gerrit's handtekening te zien is, is hierbij afgedrukt (afd. 7 boek). Waarschijnlijk was Gerrit al in 1813 voerman. In dat jaar werd hij als bezitter van 2 merries genoemd op een lijst van aanwezige paarden in de gemeente Apeldoorn. In 1813 trouwde Gerrit Berends met de rijke weduwe Clasina Hendrika Willemina de Graaf-Hartman. Deze overleed echter al in 1814. Haar erfgenamen waren haar 7 kinderen, waaronder haar ongehuwde meerderjarige dochter Hendrina de Graaf. Deze kreeg al in 1815 van Gerrit Berends een dochter Willemijntje, die te Nijkerk werd geboren en daar werd ingeschreven onder de familienaam Kamphorst. Later ging Hendrina bij haar stiefvader Gerrit Berends inwonen. Zij trouwde niet met hem, maar kreeg van hem wel nog 10 kinderen. Al deze kinderen werden ingeschreven onder de familienaam Kamphorst.
Al in 1817 behoorde Gerrit tot de personen in de gemeente Apeldoorn "welke op vijf-en-twintig gulden, of meerdere, in de beschreven middelen, de grondlasten daaronder begrepen, doch buiten het patentrecht, zijn aangeslagen en alzoo bevoegd zijn te stemmen, tot het benoemen der leden voor de Statenvergadering, uit den stand der eigenerfden." In 1817 werd hij aangeslagen voor fl. 29,39 en in 1818 voor fl. 25,68. In 1818 had hij een huis met 5 deuren en vensters, waarvoor hij fl. 5,-- belasting betaalde. In 1819 stond Gerrit te boek als landman op Het Loo. Hij leende toen samen met Hendrina de Graaf van de logementhouder Cornelis Weijn een bedrag van fl. 200,-- tegen een rente van 5%. Als onderpand stelden zij de bezittingen van Gerrit en onroerende goederen die Hendrina van haar ouders had geerfd, waaronder de helft van een huis, schuur, hof en 8 morgen zaailand op Het Loo, grenzend ten zuiden en ten oosten aan het gemene veld, een stukje grasgrond en een kampje grasland ter grootte van een schepel op Het Loo, eveneens grenzend aan het gemene veld, een vierde van een stuk grond op de Apeldoornse markt, 2 morgen hooiland op den Ankeler, grenzend aan de domeinen en het gemene veld, en een morgen land en bosje in de Nieuwe Enk bij het dorp Apeldoorn. Eveneens in 1819 werd "ten huize en herberge van Gerrit Kamphorst", herbergier en bouwman op Het Loo, een openbare verkoping gehouden van andere onroerende goederen uit de nalatenschap van de ouders van Hendrina. De totale opbrengst hiervan was fl. 4232,50. Hiervan kreeg Gerrit een achtste gedeelte van de halfscheid ofwel fl. 264,53, zijnde "een kindsgedeelte uit krachte der wederzijdsche donatie tussen hem en wijlen zijne huisvrouw Wilhelmina Hartman bij huwelijksvoorwaarden besproken." Gerrit kocht uit deze nalatenschap een huis met schuur, hof en bouwland onder Het Loo, groot ca. 84 roeden, grenzend ten noorden aan de Deventerschen Weg en ten zuiden en ten oosten aan de Zwolsche Weg. In dit huis gingen Gerrit en Hendrina met hun kinderen wonen. Om dit bezit te completeren, kochten Gerrit en Hendrina in 1825 voor fl. 1350,-- ook nog "een kamp bouwland met grasgrond en houtgewassen" onder Het Loo, ter grootte van ca. 2,5 bunder, grenzend ten noorden aan de Deventerschen Weg, ten oosten en ten zuiden aan het veld en ten westen aan de Zwolsche Weg. In 1825 stelden zij dit als onderpand voor een lening van fl. 1500,-- tegen een rente van 5% per jaar. Door de hier beschreven aankopen bezaten Gerrit en Hendrina in 1832 te Het Loo, aan weerszijden van de weg naar Zwolle, ca 5 ha bouwland, ca 1,75 ha weiland, ca 0,5 ha hakhout en 2 huizen met erf en tuin. Enkele jaren later stond Gerrit te boek als herbergier met 2 knechten en 2 meiden in huis L23 te Het Loo. In 1834 liet Gerrit Berends, logementhouder op Het Loo, zijn testament opmaken. Hij legateerde daarin het levenslang vruchtgebruik van al zijn bezittingen aan Hendrina de Graaf "zonder beroep bij mij in De Kroon inwonende, dochter van wijlen mijn vouw Wilhelmina Hartman en Brand de Graaf." Tot enige erfgenamen werden benoemd "de kinderen van Hendrina de Graaf." Na het overlijden van Gerrit Berends in 1837 zette Hendrina logement De Kroon in huis Z8 te Het Loo voort tot in de jaren veertig van de 19e eeuw. Door de nabijheid van Paleis Het Loo kwamen er veel gasten uit de grote steden in het westen des lands. Het logement was niet Hendrina's eigendom, want nog in 1840 huurde zij het opnieuw voor een periode van 6 jaar van Mej. Anna Cornelia ten Hoove, samen met een bijbehorende stalling, schuur, koornberg, 2 tuinen, een weide genaamd De Nagelkamp en een bouwland genaamd De Fokke. Inbegrepen in de huur waren ook een bouw- en weiland genaamd De Elst en een bouwland genaamd De Bezembinder, beide elders op Het Loo gelegen, en hooilandpercelen De IJwelers en Het Harderwijkerland op De Vellert. De jaarlijkse huur voor dit alles was fl. 330,-- maar deze kon met maximaal fl. 70,-- verhoogd worden in jaren waarin een lid van het koninklijk huis meer dan 6 maanden in het paleis verbleef. Interessant zijn de huurvoorwaarden waaraan Hendrina moest voldoen. Zo moest zij in geval van verbouwingen of reparaties de ambachtslieden gratis van kost en drank voorzien. Het weiland mocht zij alleen gebruiken voor beweiding met koeien en paarden en niet voor "het snijden of maaien van gras". Zij mocht hout hakken van knotwilgen en knotpeppelen, maar niet van opgaande bomen. Verder moest zij de hagen knippen, afrasteringen onderhouden, onraad begraven en weteringen schoonhouden. Tenslotte werd bepaald dat Hendrina de jaarlijkse opbrengst zou genieten van hout, turf en plaggen van een voldeel van de Noord-Apeldoornse Markt. Dit laatste duidt er op dat De Kroon behoorde tot de gewaarde erven van de Noord-Apeldoornse Markt. Intussen ging Hendrina door met het kopen van onroerende goederen. Zo kocht zij in 1843 voor fl. 1051,-- een "wei- en bouwland met hakhout", genaamd Het Haverland en gelegen langs De Leigraaf bij De Vellert op Het Loo. Eveneens in 1843 kocht zij voor fl. 4500,-- het nog steeds door haarzelf bewoonde en geexploiteerde logement De Nieuwe Kroon met erf, schuur, verder "getimmertens", tuin en een stuk heide. Om dit alles te bekostigen moest zij in 1844 een bedrag van fl. 4000,-- lenen tegen een rente van 5%. In 1851 verkocht Hendrina in een café in de Steenstraat te Arnhem een volbloed Engels courspaard voor fl. 111,--, een kortstaart Engels rijpaard voor eveneens fl. 111,-- en een "engelsche jagthond" voor fl. 11,--. Nog in 1873 bezat Hendrina 1/144ste deel van maar liefst 133 percelen in de Noord-Apeldoornse mark. Waarschijnlijk was dit haar aandeel in de verdeling van de markegronden van Het Loo en Noord-Apeldoorn. Zij verkocht dit bezit samen met een stuk heidegrond langs de straatweg van Het Loo naar Hoog Soeren. Ook in het Wenumse Veld bezat zij grond. In 1859 verkocht Hendrina het logement De Nieuwe Kroon voor fl. 4500,-- aan Christiaan Bloemink, logementhouder te Het Loo, die getrouwd was met Hendrina's dochter Janna Kamphorst. Het huis was toen inmiddels door Hendrina vergroot en er was een "kleine woning of washuis" bijgekomen. In 1861 kocht Christiaan ook nog voor fl. 1000,-- een weiland aan de Oude Zwolsche Weg uit de nalatenschap van zijn overleden moeder. In 1861 waren Christiaan en Janna in het bezit van een stuk bouwland in het Kopermolenveld en in 1902 bezaten zij een weiland in de Noord-Apeldoornse Broeklanden. Samen met zijn zwagers Abraham Kamphorst en Jan Bloemheuvel kocht Christiaan Bloemink ook roerende zaken uit de boedel van zijn moeder, zoals landbouwgereedschappen, paardentuigen 2 boerenwagens, 4 karren, 2 koeien, 2 paarden, 2 vigilantes, 2 tentwagens en een glazenwagen. In 1863 maakten Janna Kamphorst en Christiaan Bloemink hun testament, waarin zij elkaar tot enige en algemene erfgenamen benoemden. Zij waren in goede doen, want in 1864 leende Christiaan Bloemink een bedrag van fl. 2500,-- aan zijn broer Herman. In 1865 kocht Christiaan Bloemink, logementhouder en koopman, een huis met erf en tuingrond aan de Loolaan, dat hij in 1867 weer verkocht, en ook in 1868 verkocht hij vastgoed "als lasthebber". Hieruit blijkt dat Christiaan ook handelaar in onroerend goed was geworden. Uit een advertentie in de Apeldoornse Courant blijkt dat het logement De Nieuwe Kroon in 1894 nog bestond. Eigenaresse was toen Christiaan Bloemink's weduwe Janna Kamphorst. Later werd de naam van het familiehotel veranderd in Hotel Bloemink. Dit hotel bestond in 2003 nog steeds. Hendrina's jongste dochter Hendrina kocht in 1855 een huis in de buurtschap Het Loo. Zij trouwde in gemeenschap van goederen met de stucadoor Dirk Scholten. Deze liet na Hendrina's overlijden een beschrijving opmaken van de inventaris van hun huis nr 267 in wijk A van Apeldoorn. Hieruit blijkt dat het huis bestond uit een voorkamer, een kamer links, een kamer daarachter, een keuken, een kelder, een achterhuis, een zolder en een werkplaats. Opmerkelijk in de inventaris waren een mahoniehouten linnenkast een een kerkboek met een gouden slot. Ook bezat Hendrina een zitplaats in de Hervomde Kerk te Apeldoorn. De totale waarde van de inboedel was fl. 574,33. Gerrti Berends' zoon Willem had tot 1920 in de Order Enk ongeveer 1 ha bouwland en een stukje heide. Ok bezat hij in het Wenumse Veld bijna 4 ha dennen en 1 ha heide.
Son of Berend Gerrits KAMPHORST (see also VIIm) and Willempje Jans POL (Pols, Poll).
Married (1) at the age of 26 on 04‑04‑1813 in Apeldoorn, church marriage on 11‑04‑1813 in Beekbergen to Clasina Hendrika Willemina HARTMAN, 47 years old, boerin (1813), born on 12‑12‑1765 in Venlo, died on 18‑04‑1814 in Apeldoorn at the age of 48, daughter of Jan Willem HARTMAN, korporaal regiment Compagnie van kolonol Lammers, and Johanna SMITS.
Living together (2) ca. 1815 in Apeldoorn to Hendrina de GRAAF, logementshoudster, born on 10‑05‑1795 in Apeldoorn, died on 26‑03‑1876 in Apeldoorn at the age of 80, zette na overlijden Gerrit Berends Kamphorst de herberg voort tot in de jaren 1840, in huis Z8 te Het Loo. Er waren toen veel gasten uit de grote steden in het Westen des lands. Zoon Bram woonde rond 1845 in het buurthuis Z6 te Het Loo, bij een familie Bloemink. Was het logement een voorloper van het huidige Hotel Bloemink aan de Loolaan ? Daughter of Brand (Brandje) Hermansz de GRAAF, boer, and Clasina Hendrika Willemina HARTMAN, boerin (1813).
From the second relation:
Willemijntje, born on 05‑09‑1815 in Nijkerk, died on 01‑10‑1815 in Nijkerk, 26 days old.
Willemijntje de GRAAF, born on 10‑09‑1818 in Apeldoorn, died on 12‑06‑1854 in Apeldoorn at the age of 35.
Gerrit, born on 14‑08‑1827 in Apeldoorn, died on 06‑12‑1827 in Apeldoorn, 114 days old.
Gerrit, born on 30‑09‑1828 in Apeldoorn, died on 04‑12‑1828 in Apeldoorn, 65 days old.
Hendrina de GRAAF, born on 19‑10‑1829 in Apeldoorn, died on 26‑04‑1830 in Apeldoorn, 189 days old.
Willem de GRAAF, born on 15‑12‑1830 in Apeldoorn, died on 18‑02‑1831 in Apeldoorn, 65 days old.

VIIIad
Stijntje Berends KAMPHORST (Christina), born on 03‑09‑1789 in Wiesel, christened (Ger.) on 06‑09‑1789 in Apeldoorn, died on 27‑05‑1867 in Apeldoorn at the age of 77, daughter of Berend Gerrits KAMPHORST (see also VIIm) and Willempje Jans POL (Pols, Poll).
Married at the age of 27 on 15‑06‑1817 in Apeldoorn to Gerrit HUISMAN (Huijsman), 29 years old, dagloner Apeldoorn in huis nr. 441d (±1835), daghuurder Het Loo in huis nr. 23a (±1845), landarbeider Het Loo in huis nr. 55b (±1855), tuinman, born on 04‑11‑1787 in Apeldoorn, died on 03‑04‑1868 in Culemborg at the age of 80, son of Gerritje Jans HUISMAN.
From this marriage:
Berend (Huijsman), tuinman, born on 25‑12‑1817 in Apeldoorn, died on 23‑04‑1870 in Culemborg at the age of 52.


First page    Previous page    Page 2 of 26 Next page    Last page

Homepage | E-mail